den afvalinzameling. Tot bepaalde maximale hoeveelheden mogen particulieren
afvalstoffen naar het depót afvoeren. Boven deze maxima is het qua hoeveel
heid de-moeite waard en zinvol om zelfstandig de afvoer naar de stortplaats
of verwerker te (laten) verzorgen door die particulier. Hiervoor wordt dan
ook rechtstreeks door de verwerker de rekening aan de persoon gepresen
teerd. Hiermee wordt voorkomen dat het depót voor deze grotere hoeveelheden
qua capaciteit zich aan zou moeten passen, en er een weeg- en betalings
systeem moet worden opgezet. Het gratis accepteren van kleinere hoeveelheden
(onder dit maximum) is van belang om te voorkomen dat de stoffen anders in
een minicontainer zouden verdwijnen. Door het niet verwerken van de kosten
van de grotere hoeveelheden sluit men aan op het principe 'de vervuiler be
taalt'. De basis voor het principe 'de vervuiler betaalt' zou moeten liggen
bij de keuze van een produkt. Momenteel wordt landelijk aan een opcenten-
systeera gewerkt. Hierbij worden de verwerkingskosten doorberekend en zal een
'schoner' produkt relatief goedkoper worden.
De fractie van Gemeenschapsbelang heeft gesproken over beperking van het
afval. In landelijke voorlichting wordt momenteel veel aandacht besteed aan
verandering van milieugedrag van mensen. Binnen de voorlichting rond de
invoering van de gescheiden GFT-inzameling wordt ook extra aandacht
besteed. Voor bedrijven komt in de nieuwe Wet Milieubeheer (per 1 juli
1993) de mogelijkheid voor gemeenten om voorschriften vast te stellen met
betrekking tot de preventie en hergebruik van afval. Hiervan zal gebruik
gemaakt worden.
De WD vraagt naar de verwerking en de afzet van compost. Voor de verwerking
van GFT-afval is stadsgewestelijk een structuur opgezet die voldoende capa
citeit biedt. De vraag of voor de afzet van compost mogelijk een te kleine
markt is, is landelijk aan het ministerie van VROM voorgelegd. Of dit al of
niet het geval is, de gemeenten zullen aan de wettelijke verplichting gehou
den worden om per 1 januari 1994 gescheiden GFT in te zamelen.
De fractie van de WD heeft ook gesproken over de stankproblemen betreffende
het GFT-afval. Wat betreft de eventuele stankproblemen in verband met de
afvoercapaciteitkan gesteld worden dat dit bij een warme zomerperiode zich
voor zou kunnen doen. In de voorlichting rond de introductie van de GFT-
inzameling zal hieraan uitgebreid aandacht worden besteed.
Gemeenschapsbelang heeft gevraagd naar de hoeveelheden van het GFT-afval.
Naar verwachting zal uit het huisvuil nog 106 kg/inwoner GFT apart gaan
worden ingezameld, dit naast de 41 kg./inwoner snoei-afval die momenteel al
opgehaald wordt. Dit zal dan niet als huisvuil gestort hoeven te worden. De
kosten voor afvoer van GFT zijn momenteel nog niet bekend. Welk deel van de
momenteel aangeleverde hoeveelheid snoei-afval mogelijk in de GFT-container
zal verdwijnen is ook nog niet bekend.
Inzake de evaluatie van het HUP, dit naar aanleiding van een vraag van het
CDA, het volgende. Voor de uitvoering van het HUP is momenteel samen met de
lozingsverordening en de WCA een geïntegreerd uitvoeringsprogramma in wer
king. De voortgang hiervan moet een gemeente in een verslag aangeven op
grond van het Bijdragenbesluit van het Ministerie van VROM. Per 1 januari
1995 moet een adequaat niveau voor uitvoering van de milieutaken zijn
bereikt. Dit zal aan de commissie milieuzaken ter advisering worden
voorgelegd
Gemeenschapsbelang heeft gesproken over de voortgang van de aktie 'Denk aan
je tank'. In de komende raadsvergadering ligt het stuk met betrekking tot de
voortgang van de actie 'Denk aan je tank' ter kennisname. De tweede ronde is
begin 1993 te verwachten, naar verwachting is binnen het huidige budget de
actie verder af te ronden.
In de afgelopen jaren is aandacht gevraagd voor hondentoiletten; gelukkig
denken wij thans aan een hoger niveau.
De vertegenwoordiger van de WD heeft verzocht aandacht te besteden aan het
realiseren van een openbaar toilet in het centrum van het dorp. Uiteraard