niet een voordeligere oplossing is. Tot slot, mijnheer de voorzitter, willen wij nog even naar de toekomst kijken. In de komende jaren staat er nogal wat te gebeuren in onze gemeente. Mogelijke veranderingen tengevolge van het reorganisatie-onderzoek dat nu loopt. Wat zal de uitslag zijn van een onderzoek naar de toestand van ons gemeen tehuis? Wij gaan per 1 mei a.s. afscheid nemen van de heer Geerards, die ruim 38 jaar bij onze gemeente heeft gewerkt, waarvan vele jaren als secretaris. Er zal een nieuwe gemeente-secretaris worden benoemd. En tenslotte het voortbestaan van Prinsenbeek als zelfstandige gemeente. Iets waar wij, in goede samenwerking met de gehele raad, het volste vertrouwen in hebben. Terugkijkend op de afgelopen 4 jaar is er veel werk verzet. Maar ook de komende jaren zal van het college, de raad en de ambtenaren een hoge inzet vragen" De voorzitter dankt mevrouw Verkooijen voor haar inbreng en geeft het woord aan de heer Lotstra. De heer Lotstra vangt zijn betoog als volgt aan: "Mijnheer de voorzitter, uw beleidsbrief, gevoegd bij de begroting 1994, draagt als titel: "Prinsenbeek een sterke randgemeente in het centraal stede lijk gebied van Breda". Naar de mening van het CDA dient het beleid van de gemeente erop gericht te zijn dat Prinsenbeek een zelfstandige en derhalve een sterke randgemeente in het centraal stedelijk gebied van Breda blijft. Mijnheer de voorzitter, zoals het er nu naar uitziet blijft Prinsenbeek, gelukkig zelfstandig. Het CDA heeft een zeer belangrijke bijdrage geleverd aan het behoud van de zelfstandigheid van Prinsenbeek. Dankzij het feit dat het CDA grensoverschrijdend denkt en kan werken, en derhalve dankzij met name de inspanningen van de CDA-fractie in de Provinciale Staten is in het voor stel van Provinciale Staten gesteld dat Prinsenbeek zelfstandig kan blijven. Mijnheer de voorzitter, de nieuwe opzet en de nieuwe aanpak van de algemene beschouwingen, nopen het CDA ertoe zich in de algemene beschouwingen te beperken tot de hoofdlijnen van het beleid. Deze hoofdlijnen, welke uiteraard dienen voor het behoud van de zelfstandigheid van Prinsenbeek moeten ertoe leiden dat Prinsenbeek inderdaad een sterke randgemeente blijft, gericht op de navolgende onderdelen van het beleid: bestuur; financiën; infrastructuur; veiligheid; woon-, werk en leefklimaat. Bestuur. Het spreekt voor ons vanzelf dat de raad moet worden voorgezeten door een sterk college, waarin de portefeuilles op evenredige wijze, en uiteraard met inachtneming van de wettelijke bepalingen, moeten worden verdeeld. Een goed functionerende gemeenteraad is, te meer daar in de nieuwe gemeente wet de positie van de raad nog wordt versterkt, van het allergrootste belang. Voor een goed functioneren is van wezenlijk belang dat de raad ook goed geïnformeerd wordt. De mening van uw college, betreffende de afstemming van de commissies en de raadsvergaderingen wordt door het CDA gedeeld. Voor een goed functioneren van zowel het college als de gemeenteraad is onontbeerlijk dat een sterk en goed ambtenarenapparaat ter beschikking staat; een ambtena renapparaat dat afhankelijk van de uitkomsten van het organisatie-onderzoek gereorganiseerd zal moeten worden. Een goed bestuur dient uiteraard ook dienstbaar te zijn aan zijn inwoners. In dat kader pleiten wij hetzij voor verlengde openstelling van het gemeente huis, hetzij voor een avondopenstelling.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 143