- 11 - subsidieert en dat wachtgeldverplichtingen alleen maar ontstaan als ontslag het gevolg is van overheidshandelen. Daarom is spreekster ervan overtuigd dat een oplossing mogelijk is. Uit deze informatie bleek tevens dat de VNG sterk adviseert nooit een beroepskracht te subsidiëren. Daardoor kan de gemeente in een lastig parket komen en zich moreel verplicht voelen, ook al is er geen wettelijke verplichting. Het lijkt de CDA-fractie dan ook verstandig om bij de behandeling van de subsidieverordening nogmaals de grondslag van de subsidie voor de peuterspeelzaal onder de loep te nemen. De heer Geuze zegt dat alle raadsfracties zijn benaderd omdat men de pedago gische benadering prefereerde. De WD-fractie heeft hierop sympathiek gerea geerd maar het vervolg was anders. De portefeuillehouder heeft met het bestuur overlegd en zijn bezwaren kenbaar gemaakt. Tijdens de commissieverga dering heeft spreker de aanwezige bestuursleden gevraagd of zij het met de benadering van de portefeuillehouder eens waren. Daarop werd toen bevestigend geantwoord en vervolgens heeft de raad geen andere standpunt ingenomen. Vervolgens gaat men in beroep en dat is naar zijn mening ongehoord. De raad moet dit afstraffen door het bezwaarschrift ongegrond te verklaren. Mevrouw Schalk zegt dat de raad hier zit om een beroepschrift gegrond of ongegrond te verklaren en niet om eventuele sancties aan te geven. Het bestuur wenst zich op papier nog steeds niet te conformeren aan de restrictie van het besteden van de gelden waarvoor ze bestemd zijn. Dit bezwaarschrift is ongegrond en andere discussies dienen op een ander tijdstip gevoerd te worden. Wethouder van Geel concludeert dat de raad terecht instemt met het voorlig gende voorstel. Immers zeer onlangs heeft men zich nog uitgesproken over de grondslagen van de subsidieverordening voor wat betreft de stichting peuter speelzaal 't Olifantje. Hij zal voldoen aan het verzoek van de heer Franken om de stichting te berichten over de afloop van het bezwaarschrift met daaraan gekoppeld de mededeling dat ze zich aan de door de raad vastgestelde regelgeving moeten houden. Hij zal opdracht geven om te onderzoeken of er binnen de vastgestelde subsidieverordening ruimte is om zonder wachtgeld verplichtingen enige soepelheid te betrachten. Als de VNG inderdaad adviseert om de verordening onder de loep te nemen omdat er onvolkomenheden in zitten, dan is dit onderzoek gewenst en dan kan hij de raad van de ontwikkelingen op de hoogte stellen. De vorige subsidieverordening is jammer genoeg ter ziele is gegaan omdat daar steeds uitzonderingen op gemaakt werden. Het uitgangspunt van de nieuwe verordening is een heldere verordening. Zowel voor degene die er belang bij heeft alsmede gericht op een goede uitvoerbaarheid door het ambtelijk appa raat Mevrouw van Hoek vindt dat de stichting op deze manier in haar zelfwerkzaam heid belemmerd wordt en het nadelig effect hiervan heeft de CDA-fractie tijdens deze vergadering naar voren willen brengen. Spreekster hoopt dat de wethouder moed en lef genoeg heeft om te ontdekken dat de subsidieverordening er is voor eigen verantwoordelijkheid en eigen zelfwerkzaamheid. Deze subsidieverordening is niet op maat in zijn algemeen heid omdat een stichting de eigen verantwoordelijkheid ontnomen wordt; subsidiëren is initiërend bedoeld. Bij interruptie zegt de heer Geuze dat de CDA-fractie dit had moeten bedenken toen over de subsidieverlening werd besloten. Mevrouw van Hoek antwoordt dat de CDA-fractie God zelve niet is. De heer Franken betreurt het dat mevrouw van Hoek hem enigszins in diskrediet wil brengen. Hij heeft alleen maar aangegeven wat de subsidieverordening zegt. Mevrouw van Hoek geeft nu aan het nog steeds niet te begrijpen. Het gaat namelijk om het simpele feit dat hij ervoor gepleit heeft het bestuur kenbaar te maken dat de peuterspeelzaal zich door deze houding buiten spel plaatst voor subsidie. Mevrouw van Hoek antwoordt dat het bestuur helemaal nog niet heeft aangegeven anders te willen handelen dan de raad wenselijk acht. Er is alleen maar een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 59