- 2 - 1. Opening en nieuwiaarsvoord voorzitter De voorzitter opent de vergadering met gebed en vangt zijn nieuwjaarswoord als volgt aan: "Het is traditie dat de voorzitter van uw raad ter gelegenheid van het nieuwe jaar kort terugblikt en vooruitblikt op de komende tijd. Hoewel ik graag ook die traditie wil handhaven is het mij niet gegeven uitvoerig terug te blikken omdat mijn Prinsenbeekse historie slechts vijf maanden jong is. Vijf maanden werkervaring is wel voldoende om te ervaren dat Prinsenbeek een gemeente is met voldoende vitaliteit om haar gouden bestaan tenminste te verdubbelen. 1993 Zal duidelijk moeten maken of in bestuurlijke zin onze gemeente kan toewerken naar haar eeuwfeest. Rond april/mei zal het College van Gedeputeerde Staten zijn standpunt kenbaar maken ten aanzien van het rapport van de Commissie Schampers. Wanneer we de toetsingscriteria, zoals vastgesteld door het College van Gedeputeerde Staten op 27 oktober 1992, met betrekking tot de herindeling analyseren is er geen enkele grond om Prinsenbeek bij Breda te voegen. Het bebouwd gebied van Breda grenst immers niet aan het bebouwd gebied van Prinsenbeek. Het onbebouwd gebied tussen de gemeente Breda en de kom van Prinsenbeek is, "gelet op de geluidsnormen, niet geschikt voor bouwlokaties en de gemeente Prinsenbeek is als grootste dorp rond de stad Breda heel wel in staat - zo ervaar ik dat in de afgelopen maanden - in bestuurlijke zin te functioneren naar de eisen die door de burgers in de komende jaren gesteld mogen worden. Mede tegen die achtergrond heb ik vertrouwen dat onze gemeente in haar huidige omvang zelfstandig kan blijven. Ook wanneer onze gemeente zelfstandig kan blijven is het naar mijn overtui ging noodzakelijk dat we samen met uw raad fundamenteel nadenken over de eisen die aan het bestuur in de komende jaren gesteld mogen worden. Immers, het binnenlands bestuur is in algemene zin vandaag de dag volop in beweging en stilstand is per definitie achteruitgang. We zullen in de komende jaren naar mijn overtuiging in Prinsenbeek een ordening van taken moeten aanbrengen waarbij we ons zowel richten op de 'klassieke lokale' taken als op het terrein van de sturende bovenlokale taken. In het bijzonder de bovenlokale dimensie: de samenwerking binnen het Stadsgewest en naar ik hoop straks met het Streekgewest westelijk Noord- Brabant zullen we in de komende jaren verder moeten uitbouwen. Ik constateer de in de afgelopen maanden - maar misschien ligt ook daar nog te weinig erva ring mijnerzijds - dat de invloed vanuit onze gemeente op het stadsgewes telijke vlak nogal beperkt is. Als deze week door het Kabinet besloten wordt de bovenlokale samenwerking op een bepaalde wijze verder uit te bouwen zal onze gemeente daaraan actief moeten meewerken in de regio en bij dat denkpro ces intensief betrokken moeten kunnen worden. Ook op dat terrein zullen we onze gemeentelijke organisatie goed moeten toerusten. Binnen het college wordt op dit moment een standpunt voorbereid ten aanzien van de reorganisa tie-voorstellen van het Stadsgewest. Prinsenbeek zal zich in dat kader moeten ontwikkelen als een loyale constructieve partner in de regio. Het is voor een zelfstandige gemeente Prinsenbeek belangrijk dat zij zich kan ontwikkelen als een sterke buur van de gemeente Breda. In dat kader vind ik het onlangs gepresenteerde uitwerkingsplan voor de toekomstige woningbouw en werkgelegenheidslokaties voor het centraal stedelijk gebied belangwekkend voor de ontwikkelingskansen van Prinsenbeek. Op basis van harde economische berekeningen wordt daarin, Breda ten spijt, aan de noordkant van ons dorp een lokatie voor bedrijvigheid ondubbelzinnig afgewezen. Door het feit dat deze volgens het uitwerkingsplan onbetaalbaar is zou het ook vanuit ecologisch- landschappelijk oogpunt jammer zijn wanneer de westkant van de A16 opgeofferd Ii\28-1.NOT

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 5