tongen los kan maken. De neiging om de jaarrekeningen van de gemeente en de takken van dienst als hamerstuk te behandelen is onjuist, omdat een zodanig stuk, en met name onder de gewijzigde wetgeving op dit punt, het afleggen is van verantwoording over het gevoerde beheer en het financieel beleid. Er zijn tegenwoordig vrij stringente eisen op dit punt. In de commissie financiën heeft spreker al laten blijken dat het in dat opzicht voor de raad geen eenvoudige zaak is om uit deze grote hoeveelheid van cijfers de juiste conclusies te trekken, temeer omdat er een aantal vergelijkingen zijn waar men eigenlijk niets mee kan doen. Het oude systeem hield in dat er, gegeven het budgetrecht van de raad, altijd een slotwijziging van de begroting moest komen en dan zag men in de gemeenterekening dat de jaaruitkom sten praktisch gelijk waren aan de ramingscijfers. Dit is nu niet meer en zodoende wordt er op een andere wijze vergeleken met de oorspronkelijke begroting. Spreker hoopt dat het ambtelijk apparaat in staat is daar voor de komende periode wel meer verduidelijking aan te geven en uiteraard zullen zonodig de bestuurders erop worden aangesproken. De gemeenterekening sluit met een batig saldo van plm. f. 30.000,-, onder de noemer dat er goed begroot is. Kennisneming van het jaarverslag leert dat er op tal van posten forse bedragen niet besteed zijn. Er moeten nog voorstellen komen om die daarin te schuiven. Dit betekent dat er op andere punten overschrijdingen zijn en daarover heeft spreker zijn bedenkingen. Met name ook voor de komende tijd geldt dit, omdat de raad geen zicht meer heeft op de stand van zaken. Als er bijvoorbeeld een VUT-regeling komt, dan kan men niet van te voren weten hoeveel mensen er gebruik van zullen maken. Als men nu ziet dat de ramingen met een veelvoud van het geraamde bedrag worden overschreden, dan weet men op het moment dat men moet beslissen over een voorstel met budgettaire consequenties ten laste van de post onvoorziene zaken, niet waar men aan toe is. Daarom heeft hij ook de portefeuillehouder gevraagd om daarover meer duidelijk te verschaffen. De jaarrekening Eikebos is positief. Naar aanleiding hiervan hebben nog enkele andere leden gevraagd naar de door de accountants aangedragen postgrootte van plm. f. 1.500.000,— terzake van dubieuze debiteuren. Het aantal dubieuze debiteuren is er slechts één: het Ministerie van VROM, omdat een aantal uitkeringen die gedaan zouden zijn mogelijk niet door de beugel van de rechtmatigheid zouden kunnen komen in Zoetermeer. Dat zou een strop voor de gemeente kunnen betekenen. Daarover kan op dit moment geen uitsluitsel worden gegeven. Maar als dat zomaar voor de helft afgeboekt moet worden dan is daarmede de jaarrekening al negatief. Het is hem bekend dat dit technisch gesproken ten laste komt van het potje reserves overschotten vorige jaren maar dit is allerminst fraai. Al met al geeft dit zijn fractie geen aanleiding om tegen het voorstel te stemmen, want gedane zaken nemen geen keer. Wethouder Oomen zegt, dat het opmaken van de jaarrekening een moeilijke materie is. Het is moeilijk om voor elke post nagenoeg datgene op te nemen wat ook dat jaar opgenomen wordt. Uiteindelijk moet men toch kijken naar de optelsom van de plussen en de minnen. Het gaat uiteindelijk om wat er onder de streep staat. Dat is dus plus f. 30.000,-. In het verleden is dat bedrag weieens hoger geweest. Meestal werd er dan gezegd dat er niet goed begroot was, want de burgers werden belastingen opgelegd terwijl er een overschot was van 3 ton. Dat betekent dat de inwoners onnodig belastingverhoging hebben gehad. Daar had men terecht bezwaar tegen. Door hem is reeds in de commissievergadering financiën gezegd dat in de begroting zeer goed begroot was. Als men op een bedrag van f. 30.000,— uitkomt, mag gesteld worden dat de begroting en de jaarrekening nagenoeg identiek zijn. Door de nieuwe manier van begroten is het moeilijk voor de raad om al die plussen en minnen op een rij te zetten. In de kadernota is daar al aandacht aan besteed. Hij zegt toe met de ambtenaar financiën de mogelijkheden te bekijken om het voor de raad zo inzichtelijk mogelijk te maken. Over de post dubieuze debiteuren is momenteel een onderzoek gaande. De gemeente probeert bij het ministerie toch nog zoveel mogelijk daarvan boven tafel te krijgen. Wel is bekend dat sommige zaken al een hele tijd lopen. Sommige stukken dateren van 1988/1989. De raad zal van het een en ander op de hoogte worden gehouden. De heer Geuze deelt de conclusie van wethouder Oomen niet geheel maar waardeert het dat de wethouder constateert dat er geen onnodige belastingheffing moet plaats hebben. De heer van der Hilst spreekt de waardering uit voor de ambtenaren. Zijn fractie is blij dat er nu goed begroot is zodat er maar f. 30.000,- verschil is tussen de begroting en de jaarrekening. Het leek een tendens om van f. 300,-- naar f. 30.000,- te gaan en hij was bang dat zich dit de komende jaren zou voortzetten. Hij heeft begrepen dat men ook volgende jaar op dit bedrag zal uitkomen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 101