de gemeente. Of dit plaatje kostendekkend gemaakt kan worden betwijfelt hij omdat helaas o.a. de
Minister van milieu uitspraak heeft gedaan dat voor alle activiteiten die de gemeente onderneemt om te
komen tot een afgifte, controle enz. ten aanzien van deze algemene maatregelen van bestuur geen cent
mag worden berekend van elke melding akkertuinbouw moet publicatie plaatsvinden in Modern
Prinsenbeek. Daar mag een klein bedrag van doorberekend worden. De in werkzaamheden gestoken tijd
is voor rekening van de gemeente. Nog maar twee jaar geleden vielen deze zaken onder de Hinderwet en
konden alle kosten worden doorberekend. Er is dus geen enkele mogelijkheid tot verhaal bij de "vervui
ler" of de indiener/aanvrager van een melding. Dat probleem ligt er nu en de algemene middelen zullen
daarvoor aangewend moeten worden. Ondanks dat Prinsenbeek een vrij kleine gemeente is, is toch
gebleken dat het mogelijk is om op een adequaat niveau milieubeleid te voeren. Met enige trots zegt hij
dat dit voor het grootste gedeelte te danken is aan de inzet van de eigen medewerkers van Prinsenbeek.
Daarmee is aangetoond dat voor een gemeente als Prinsenbeek voor dit soort zaken een regionale
milieudienst niet noodzakelijk is. Blijkbaar is dit wel van toepassing op een aantal andere gemeenten,
maar niet voor ons. Met de beperkte inzet van een particulier bureau zijn alle werkzaamheden voor
elkaar gekomen. De voorlichting over de huisvuilcategorieën zal nog wat nadrukkelijker moet worden
gepubliceerd. Over het algemeen zijn de hoeveelheden gescheiden afval die in Prinsenbeek afgehaald
worden, op of boven het verwachte landelijk niveau. Echter nog niet op het gebied van huisraad. Met
goede voorlichting is daar wellicht nog wat aan te doen. De heer Poels moet hij teleurstellen voor wat
betreft concrete gemeentelijke voorstellen. Er wordt een verkeers- en vervoersbeleid ontwikkeld voor de|
stadsregio. Als daar zinvol beleid geformuleerd en gerealiseerd wordt, dan zal de gemeente daar van
harte op aan sluiten. Op dit moment ziet hij echter geen enkele mogelijkheid in Prinsenbeek. De enige
stap die binnenkort gezet zal worden is het plaatsen van een aantal fietsblokken op de Markt. Als de heer
Poels doelt op maatregelen om het autoverkeer onmogelijk te maken en fietsverkeer te bevorderen, dan
is spreker van mening dat de schaal van Prinsenbeek te klein om op dat niveau milieubeleid te gaan
voeren. Stadsregionaal is dan ook afgesproken dat dit soort zaken eerst in de Verkeers- en vervoersre
giovergaderingen onderwerp van gesprek zijn en dat het beleid wat daaruit voortkomt op termijn vertaald
wordt naar milieumaatregelen voor de gemeente.
De heer Poels bedankt wethouder van Geel voor diens toelichting, maar is het er niet mee eens. Er zijn
binnen de gemeente een aantal mogelijkheden die ook gestimuleerd kunnen worden. Het is enigszins
onterecht dat men zich verschuilt achter de grote rug van het Stadsgewest.
Bij interruptie zegt de heer de Craen dat in de vergadering van 3 maart 1994 het integraal regionaal
verkeers- en vervoersplan is vastgesteld. De partij van de heer Poels was het daar ook mee eens.
De heer Poels zegt dat dit onverlet laat dat men hier een bepaalde visie op kan hebben.
In tweede termijn zegt wethouder van Geel dat men de handen vol heeft aan de taken die zijn opgelegd.
Met het stadsgewest is afgesproken dat daar het voortouw genomen wordt voor het regionaal beleid en
dat daar niet op wordt vooruit gelopen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens
conform het voorstel van burgemeester en wet
houders besloten.
16. Voorstel tot het toepassen van artikel 63 van de Wet op het Basis Onderwijs (WBÖ) voor de
iaren 1995/1996. 1996/1997 en 1997/1998.
Zonder beraadslaging en hoofdelijke stemming
wordt conform het voorstel van burgemeester en
wethouders besloten.
17. Voorstel tot vaststelling van de jaarrekeningen over het dienstjaar 1993 van de gemeente, van
het gemeentelijk grondbedrijf, van de dienst voor lichamelijke opvoeding, sport en recreatie en van
de dienst gemeenschapshuis Eikebos.
De heer Geuze is verbaasd in eerste termijn de enige spreker te zijn, aangezien een jaarverslag toch de
- 10 -