fracties, is kritiek geuit met betrekking tot de objectiviteit. Van de zijde van het college is reeds
aangehaald dat het vaak moeilijk is een greep uit de aan de orde zijnde onderwerpen te doen en het dan
óók nog naar ieders zin te maken. Naar de mening van spreker moeten er andere wegen te vinden zijn
dan de welke hier worden voorgesteld.
Mevrouw Hoelen interrumpeert hierop door te zeggen dat de voorkeur van de C.D.A.- fractie uitgaat
naar een gemoderniseerde 'Klepel', waarin het raadsverslag opgenomen is. Dat dit een standpunt is dat
door de andere partijen niet gedeeld wordt, respecteert haar fractie. Haar fractie heeft dan ook gezegd de
gemeentekrant en de evaluatie daarvan te zullen afwachten.
De heer Geuze zegt goed gehoord te hebben wat mevrouw Hoelen heeft gezegd en recht te willen doen
aan haar woorden. Ten opzichte van de gemeentekrant kent de raad de kritische opstelling van zijn
fraktie. Met betrekking tot het door zijn fraktie aangevochten voorgestelde nieuwe interruptierecht,
hetgeen geen recht maar een beknotting betekent, begint artikel 23, lid 1, van de tekst in het voorlig
gende concept, waar staat "een spreker mag in zijn rede niet worden gestoord", stoorde spreker zich
meteen, daar de bedoeling toch immers was de debatten te verlevendigen. Als eens een vergelijking
wordt gemaakt met de zaken zoals die landelijk gaan, hebben de ministers en ook de minister-president
er geen moeite mee dat de bewindslieden, bij de beantwoording, nadat de leden hebben gesproken, in de
rede worden gevallen. Welnu, die bewindslieden kan men vergelijken met de portefeuillehouders. Zijn
fractie is ook volstrekt tegenstander van het standpunt dat de heer Schreiner naar voren bracht. Graag wil
zij hier de tekst van zien maar aangezien er geen derde termijn is laat zijn fractie het aan de wijsheid
van de voorzitter over hoe dat moet worden opgelost. Spreker constateert dat de heer Schreiner gezegd
heeft dat interrupties in de eerste termijn niet zijn toegestaan, waarmee hij naar sprekers mening bedoelt,
dat noch in het eerste deel, waarin de raadsleden aan het woord zijn, noch in het tweede deel, waarin de
portefeuillehouders antwoorden, geïnterrumpeerd mag worden.
De heer Schreiner reageert bij interruptie door te zeggen te willen verduidelijken dat dat in eerste instan
tie inderdaad een voorstel van Gemeenschapsbelang was en dat zij hier gaarne in tweede termijn op terug
wil komen, naar aanleiding van het antwoord van de voorzitter in eerste termijn. De heer Geuze laat dit
naar zijn zeggen even op zich inwerken, want zojuist had spreker genoteerd dat Gemeenschapsbelang
kennelijk de lange tijd van oppositie vergeten was. Een goed betoog met goede argumenten heeft zijn
werkingskracht en daar is Gemeenschapsbelang kennelijk gevoelig voor, hetgeen zijn fractie verheugt.
De heer Schreiner zegt, dat dit niet was naar aanleiding van de gevoeligheid van het betoog van de heer
Geuze, maar meer naar aanleiding van de opmerking van de voorzitter van deze raad. De heer Geuze
vervolgt zijn betoog, door te zeggen dat zijn fractie vóór de nieuwe stijl van verslaggeving van de
commissies is, alhoewel dat ook daar wennen zal zijn. Er is zelfs gesproken over training van de
verslaggevers. Met name of er wel of geen namen meer in die verslagen komen vanwege het feit dat
deze verslagen ook naar abonnementhouders en pers gaan. Laat dat de volgende maand nog maar eens
nagegaan worden. Het verheugt spreker dat de verordening inzake de ambtelijke bijstand hier ter
vaststelling ligt. Hetgeen voor alle fracties bedoeld is en spreker is van mening dat ambtelijke informatie
veel onnodig gevraag in commissievergaderingen kan voorkomen. Spreker is van mening nu een
amendement in te moeten dienen op artikel 23, waarbij na goed overleg de Partij van de Arbeid-fractie
het amendement ter behandeling ondersteunt.
De Voorzitter verklaart dat het amendement wordt ingediend, luidend, art 23, lid 1, te vervangen door:
"een aan het woord zijnde spreker mag niet worden onderbroken, behoudens voor het verkrijgen van
verduidelijking of een andere interruptie.
De heer Poels krijgt nu het woord in tweede termijn. Hij begint te zeggen dat de reacties van de andere
fracties een bevestiging zijn van het feit dat van dit verhaal weinig vernieuwing te verwachten is. Zijn
fractie merkt op dat een verhaal van 30 pagina's inmiddels is teruggebracht tot twee items en wel het
interrumperen en het gebed. Spreker is van mening dat dit stuk beter verdient. De Partij van de Arbeid-
fractie verwacht nog een antwoord te krijgen op zijn reactie ten aanzien van het aantal commissies en het
niet raadplegen. Spreker gaat er vanuit dat de argumentatie in dit stuk daardoor bevestigt. Maar
benadrukt nogmaals dat zijn fractie daar niet achter staat. Ten aanzien van het volgende punt, namelijk
verhaal over de communicatie, meent spreker te moeten opmerken dat juist bekend is dat allerlei vormen
van schriftelijke communicatie in een massamedia-maatschappij als deze, niet meer overkomt. Bladen
zoals 'de Klepel', 'de Gemeentekrant' en wat dies meer zij, hebben hun effectiviteit al voor een groot
gedeelte verloren. Het is naar sprekers mening juist de kunst om in deze tijd naar nieuwe vormen van
communicatie te zoeken. Zijn fractie heeft het onder andere over referenda gehad en daar is geen