fraktie en Gemeenschapsbelang gezamenlijk".
De voorzitter schorst vervolgens de vergadering teneinde het college de gelegenheid te geven een
standpunt te bepalen ten aanzien van alle voorgestelde wijzigingen.
Na plm. 5 minuten heropent de voorzitter met vooraf de opmerking dat, juist nu er een aantal wijzigings
voorstellen gedaan is met betrekking tot de problematiek over de interrupties, thans de gelegenheid te
willen geven tot beraadslaging met gebruikmaking van interrupties, omdat discussie in derde termijn niet
tot de mogelijkheden behoort. Hij zegt dat het college de intentie heeft een andere koers te volgen dan in
het verleden het geval was en het debat levendiger wenst te laten verlopen. Dat is het uitgangspunt. Het
is inderdaad zo - de heer Geuze heeft daarin ook gelijk - dat de tekst zoals die nu luidt, niet uitnodigt tot
interrupties. Integendeel, het betreft hier een tekst die geen schoonheidsprijs verdient. Het wordt negatief
benaderd. Het college zou willen voorstellen om, in tegenstelling tot de wijzigingsvoorstellen die nu zijn
uitgedeeld, de kwestie positiever te benaderen waarna spreker de volgende tekst voorstelt als mogelijk
alternatief voor de gehele tekst van artikel 23, lid 1: "Interrupties zijn in eerste termijn toegestaan, voor
wat betreft het vragen van verduidelijking aan leden van het college."
Zulks betekent dat de leden van de raad in alle levendigheid met de collegeleden van gedachten kunnen
wisselen. Alle andere wijzigingsvoorstellen hebben een negatieve benadering en het college stelt voor de
zaak positief te benaderen. Niet gezegd wordt wat niet is toegestaan, nee, gezegd wordt wat wèl is
toegestaan.
De heer Geuze zegt dat hiermede weliswaar een interruptie-recht voor de eerste termijn wordt geregeld,
maar vraagt zich af wat er ten aanzien daarvan in tweede termijn gaat plaatsvinden. Hij is van mening
dat de door hem voorgestelde tekst die zaak geheel open laat en dat daarbij alleen de vraag restte of ook
een andere interruptie is toegestaan. Als alleen gesproken wordt over het doen van een interruptie
uitsluitend tot het stellen van een vraag ter verduidelijking, zulks in relatie tot de positieve benadering en
het verkrijgen van levendigheid der debatten, zouden interrupties zoals die tot op heden regelmatig
plaatsvonden, niet meer mogelijk zijn maar slechts plaats mogen vinden als zij in de vragende vorm
worden gesteld. Hij is het daarmee ten zeerste oneens.
De voorzitter zegt, dat, waar hij heeft aangegeven dat interrupties in de eerste termijn zijn toegestaan,
het handelt over vragen ter verduidelijking. Het woord 'verduidelijking' lijkt een onduidelijkheid te zijn
voor de heer Geuze en wat hij daaronder verstaat is in belangrijke mate diens eigen interpretatie en kan
voor spreker - als voorzitter van de raad - breed worden geïnterpreteerd. Hij zegt dat interrupties in
tweede termijn reeds gebruikelijk zijn en te willen zoeken naar een formulering die zulks onderkent. Het
college echter stelt voor de zaak positief te benaderen en niet aan te geven hetgeen niet is toegestaan
doch alleen datgene wat wèl mag.
De heer Geuze zegt, tijdens de commissievergadering al te hebben laten blijken dat zijn fractie zich kan
verenigen met het feit dat leden van de raad tijdens de eerste termijn niet worden geïnterrumpeerd. De
motivering die daarvoor wordt aangedragen luidt dat raadsleden, met name nieuwelingen in de raad,
daardoor in verwarring gebracht zouden kunnen worden. Dat is naar zijn mening echter geen steekhou
dend argument. Spreker stelt vervolgens de vraag hoe gedacht moet worden over het interruptie-recht in
tweede termijn. Hij stelt vervolgens voor om, gelet op het feit dat het nieuwe reglement eerst januari van
het komende jaar van kracht wordt, de volgende maand het commissiewerk te bespreken en na het
nodige vooroverleg te geraken tot een voor een ieder aanvaardbare tekst.
De voorzitter antwoordt eraan te hechten dat reeds nu tot een definitieve tekst gekomen wordt. Al vanaf
het voorjaar wordt hierover gedebatteerd en spreker wenst dan ook de volgende tekst in stemming te
brengen: "Interrupties zijn in tweede termijn toegestaan, en zijn in de eerste termijn toegestaan voor wat
betreft het vragen van verduidelijking aan de leden van het college." Met betrekking tot de problematiek
rond de verschillende commissies richt hij zich tot de heer Poels, waar deze - samenvattend -in feite
verwoord heeft de thans voorliggende notitie als een "slap stuk" te beoordelen. Spreker zegt dat het
voorbije voorjaar, tezamen met de heer van der Hilst, enkele punten uit de discussie zijn overgenomen,
zoals overigens alle voorstellen zijn overgenomen. De heer Poels heeft zijn beoordeling van de notitie
toegespitst op vier onderdelen, die spreker alsnog wenst te behandelen. Op de eerste plaats de mogelijk-