belemmerende factoren en de gemeente zou de achterliggende gronden kunnen verwerven, dan zou in
principe het bouwen van een woning nog steeds mogelijk blijven. Onder het huidige regime, met de
thans van kracht zijnde voorschriften, is zulks echter niet mogelijk.
De heer Poels vraagt, wat de gemeente zal besluiten indien de desbetreffende koper over enkele jaren
met een soortgelijk verzoek komt. De heer Oomen antwoordt, dat, zodra zich die situatie voordoet, het
mede aan de heer Poels of mogelijk diens opvolger is, daarover een besluit te nemen. Daarop nu vooruit
te lopen heeft - zo zegt hij - geen zin.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform
het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
21. Voorstel tot vaststelling van de Verordening Inzake de winkelsluiting.
Mevrouw Dicou stelt, dat de achttiendagen-regeling zoals deze is opgenomen in de verordening, voor de
V.V.D-fractie een goede zaak is; daardoor schept men meer koopgelegenheid voor het publiek hetgeen
weer gunstig is voor de eigen ondernemers. Het zou voor de concurrentiepositie van de ondernemers niet
goed zijn als hier in Prinsenbeek, door een conservatief beleid, de koopgelegenheid voor het publiek zou
worden beperkt. In dat geval bestaat de mogelijkheid, dat de helft van de bevolking zijn boodschappen
zal gaan doen in een dorp of een stad verderop gelegen. Mede vanuit consumenten-oogpunt heeft haar
fractie geen bezwaar tegen de mogelijkheid in Prinsenbeek één avondwinkel te vestigen.
Zij vindt dat een goede zaak, maar verzoekt het college om, indien dat mogelijk is, een eventuele
ontheffing te verlenen aan een Prinsenbeekse ondernemer.
De heer Poels zegt, dat zijn fractie reeds in de commissievergadering heeft aangegeven enige moeite te
hebben met de gehele materie rondom winkelsluiting en dat zich dat met name heeft toegespitst op
avondwinkels. Zijn fractie heeft in feite geredeneerd: als daar een markt voor is zal dat wel blijken. Per
soonlijk is spreker er echter van overtuigd dat er in Prinsenbeek wel een markt voor is. Ook is het van
belang dat te doen om de zelfstandigheid van Prinsenbeek nog eens te benadrukken en de gemeente niet
tot een soort periferie te veroordelen waarin alles netjes om 6 uur sluit. Maar dat er ook nog zoiets als
een 'nachtleven' in Prinsenbeek bestaat. Zijn fractie is het met het voorstel eens en persoonlijk hoopt de
heer Poels dat die winkel er snel mag gaan komen.
De heer Franken reageert op vorige spreker door te zeggen dat zijn fractie zich daarbij aansluit en
eveneens van mening is, dat het een moderne gemeente past te zorgen dat er gelegenheid geboden wordt
voor een avondwinkel. De huidige samenlevingsvorm, met name die van de tweeverdieners, vraagt erom
enige service aan de inwoners te verlenen. Spreker is van mening dat Prinsenbeek, als zijnde een sterke
gemeente, hieraan mee zal moeten werken. De fractie van Gemeenschapsbelang vindt het een goede zaak
en steunt derhalve het voorstel.
De heer de Craen zegt, dat, doordat de maatschappelijke ontwikkelingen met betrekking tot de
koopgewoonten zich de laatste jaren nogal hebben gewijzigd, het nodig geacht wordt de winkelsluitings
wet aan te passen. Er blijkt over het algemeen behoefte te zijn aan een avondwinkel. De vooruitgang is
niet tegen te houden en de consument vraagt er duidelijk om. Na overleg met de Ondernemersvereniging
Prinsenbeek blijkt, dat deze daar beslist niet om vraagt. Een D.P.O-onderzoek heeft aangetoond dat er in
de 'foodsektor' in Prinsenbeek voldoende vierkante meters aanwezig zijn. In dit verband zou een
verschuiving van dag- naar avondwinkel zeer logisch zijn. Door zijn fractie is hier in de commissiever
gadering op gewezen. Door te vragen alsnog een gesprek aan te gaan met het bestuur van de Prinsen
beekse Ondernemersvereniging, teneinde te bezien of een Prinsenbeekse ondernemer in staat is een
avondwinkel draaiende te houden. Zijn fractie wil graag weten of dit gesprek reeds heeft plaats gevonden
en zo ja, of daar resultaten van bekend zijn. Het college kan ontheffing verlenen tot het houden van een
avondwinkel en de raad moet daar zijn bevoegdheid aan geven. Het C.D.A heeft de belangen van de
ondernemers als wel die van de consumenten, zorgvuldig tegen elkaar afgewogen en is naar aanleiding
daarvan tot een oordeel gekomen. Zijn fractie is vóór een avondwinkel. Wat betreft de zondagopenstel
ling staat het C.D.A voor een zeer terughoudend beleid. Wat betreft de vrijdagavond-openstelling stelt
spreker voor nog eens te onderzoeken of de vrijdagavond wel de juiste avond is omdat wellicht ook de
donderdagavond daarvoor een geschikte avond zou kunnen zijn.