De voorzitter opent de vergadering met gebed.
Zonder beraadslaging en hoofdelijke stemming
worden de notulen van 27 april 1995 ongewijzigd
vastgesteld.
De voorzitter deelt mede, eraan te hechten namens het college in het kort verslag te doen van het
gesprek dat afgelopen dinsdag in den Haag heeft plaatsgevonden met staatssecretaris Van de Vonder
voort.
'Het overleg heeft plaatsgevonden op verzoek van de staatssecretaris. De staatssecretaris heeft onze
gemeente uitgenodigd tezamen met de gemeente Nieuw-Ginneken. De staatssecretaris heeft in het
gesprek aangegeven, dat zij behoefte heeft om met een aantal gemeenten, waarvan zij overweegt het
provinciaal voorstel niet zonder meer over te nemen, te spreken. Zij heeft daarbij aangegeven, dat zij
zich nog in een afwegingssituatie bevindt en dat zij nog geen conclusies heeft getrokken. Uit dat gehele
gesprek van een uur, heb ik sterk de indruk overgehouden - de manier waarop zij het gesprek voerde
was buitengewoon constructief en goed voorbereid - dat zij zich inderdaad nog in een afwegingssituatie
bevindt, waarbij het echter wel heel evident was dat deze staatssecretaris sterk van mening is dat in de
centraal stedelijke gebieden van Brabant grotere gemeenten moeten komen. Waarbij zij zich overigens
over de omvang daarvan niet heeft uitgelaten. Uit het feit dat de staatssecretaris zo ongeveer 25
gemeenten uit Brabant heeft uitgenodigd voor nader overleg, zou men kunnen zeggen dat marginale
toetsing van haar kant, in dit geval een eufemisme is. Ik heb dus sterk het idee, dat, als zij 25 gemeenten
uitnodigt - van de Limburgse grens tot aan de Zeeuwse grens -, zij in hele forse mate het voorstel van de
provincie, dat tweeëneenhalf jaar in bewerking is geweest, wenst aan te passen. In het gesprek is ook
met name door haar al geconstateerd dat Prinsenbeek een sterke verwevenheid kent met enerzijds Breda,
vooral in maatschappelijke zin, maar daarnaast dat er vanuit onze gemeente op een groot aantal terreinen
bestuurlijke samenwerking met Etten-Leur is. En tegen die achtergrond stelde zij ons de vraag: "stel dat
de gemeentelijke zelfstandigheid voor Prinsenbeek, wat mij betreft, geen haalbare kaart is, heeft u dan
een voorkeur voor Etten-Leur dan wel Breda?"
Toen hebben wij aangegeven dat wij die vraag niet konden beantwoorden - wij zaten daar namens de
gemeenteraad - omdat de gemeenteraad daarover geen standpunt heeft ingenomen en toen heeft de
staatssecretaris verzocht om vóór eind volgende week het standpunt van Prinsenbeek te vernemen. Zij
zou dat op prijs stellen, waarbij het natuurlijk haar verantwoordelijkheid zal zijn op welke wijze zij
daarmee omgaat. Het college van burgemeester en wethouders heeft zich deze week over die vraagstel
ling gebogen en wij hebben geconstateerd dat er tweeëneenhalf jaar discussie achter de rug is, dat er op
zeven formele bestuurlijke momenten gesproken is in den Bosch, door Provinciale Staten en Gedeputeer
de Staten, over de gemeentelijke herindeling in het stadsgewest Breda en dat op al die formele
besluitvormingsmomenten in de afgelopen tweeëneenhalf jaar, de zelfstandigheid van Prinsenbeek daarbij
is onderschreven. Behalve van de zijde van de fractie van Groen Links, was men unaniem van mening
dat wij zelfstandig moesten blijven. Alleen Groen Links was ervoor dat wij naar Breda zouden gaan; alle
andere fracties waren daar tegenstander van. Tegen die achtergrond menen wij als college de raad te
moeten adviseren om nog eens uit te spreken dat wij het standpunt van het provinciaal bestuur, zoals dat
in de afgelopen tweeëneenhalf jaar tot stand is gekomen, graag willen respecteren en onderschrijven.
Temeer daar de criteria van de staatssecretaris met betrekking tot de herindeling bij ons nog niet bekend
zijn. Zij heeft gezegd, dat zij in het najaar die criteria naar de Kamer zal sturen en dat zij van tevoren
haar standpunt met betrekking tot de herindeling - als het naar de Raad van State gaat - waarschijnlijk
bekend zal maken. Wij hebben dus ook tijdens het gesprek aangegeven eraan te hechten, juist ook om
het bestuur aan de burgers volgbaar te kunnen maken, het te kunnen uitleggen, eerst de criteria te kennen
1. Opening.
2. Vaststelling van de notulen van de vergadering d.d. 27 april 1995.
3. Mededelingen.