Mevrouw Hoelen deelt mede, niet op deze brief te zijn ingegaan omdat zij deze aan de orde wenste te
stellen tijdens de behandeling van het desbetreffende agendapunt. Voor haar fractie geldt echter exact
hetzelfde. Zij zijn niet bereid om het verzoek tot herziening in te willigen en gaan akkoord met het
concept-antwoord van het college.
De voorzitter stelt voor, kennis te nemen van de opmerkingen uit de raad en uitvoering te geven aan de
opmerking van mevrouw
Reijnen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform
het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
5. Voorstel tot herziening van de grens van de bebouwde kom.
Mevrouw Hoelen zegt, dat de eerste versie van dit voorstel de CDA-fractie nauwelijks aanleiding gaf tot
discussie. De grotere verkeersveiligheid, die hopelijk het resultaat zou zijn van de beperking van de
maximumsnelheid in de aangegeven gebieden tot 50 kilometer, was voor haar fractie reden om voorlopig
in te stemmen met het voorstel. Het nieuwe raadsvoorstel bevat echter een passage die haar fractie reden
geeft voor enige onduidelijkheid. De passage namelijk, dat bedrijven die zich zouden willen vestigen
binnen de grenzen van de bebouwde kom, met zwaardere milieu-eisen te maken kunnen krijgen dan de
huidige, binnen het gebied van de bebouwde kom gevestigde, bedrijven. Wat betekent dit precies voor de
bedrijven die al gevestigd zijn op de bedrijfsterreinen 'de Lind' en 'Logtenburg' en voor een nieuw op te
richten bedrijf in dit gebied, die door deze herziening binnen de bebouwde kom komen te liggen? Wat
zijn bijvoorbeeld de gevolgen voor een eventuele uitbreiding van deze bedrijven? Navraag bij de afdeling
milieuzaken kan leiden tot de conclusie, dat een verlegging van de grens van de bebouwde kom in de
huidige situatie en volgens de huidige milieuwetten geen nadelen opleveren voor de gevestigde bedrijven
en een eventuele uitbreiding daarvan, maar dat dit kan veranderen als door wijziging van een bestem
mingsplan meer woningbouw in de nabijheid van bedrijventerreinen zou worden toegestaan. Haar fractie
gaat dan ook wel akkoord met een herziening van de grenzen van de bebouwde kom, maar verzoekt het
college er zorg voor te dragen dat deze grensverlegging, ook in de toekomst, geen problemen zal
opleveren voor de bedrijven en bij eventuele bestemmingsplanwijzigingen een zeer ruime afstand te
hanteren tussen de gevestigde bedrijven en eventueel nieuw te bouwen woningen.
Mevrouw Reijnen deelt mede, een opmerking van dezelfde strekking te hebben willen maken. Daarnaast
vraagt zij het college waarom de grens nabij Westrik verlegt is.
De heer van der Hilst zegt, akkoord te gaan met het voorstel van het college. Er wordt gesproken over
het plaatsen van '50 km'-borden waardoor de verkeersveiligheid wordt vergroot. Zijn fractie wenst erop
aan te dringen dat er ook nieuwe snelheidsremmende maatregelen worden genomen. Alleen het
verplaatsen van een verkeersbord en er vervolgens maar vanuit te gaan dat iedereen ook metterdaad 50
kilometer per uur rijdt, is niet toereikend. Hij pleit er dan ook voor, om op enige afstand vóór die
borden enkele signalerende of snelheidsbelemmerende maatregelen te nemen.
In zijn beantwoording zegt de voorzitter, dat de opmerking die er is bijgeschreven het resultaat is van de
behandeling tijdens de commissievergadering, waarmee geaccentueerd wilde worden dat het verplaatsen
van deze verkeersborden uitsluitend gezien moest worden als het nemen van een verkeersbesluit, niet
zijnde een planologische beperking. Het betreft hier geen beperking in de sfeer van de bedrijvigheid in
relatie tot het milieu.
Voor wat betreft de verkeersborden aan Westrik is in het verleden de vraag naar voren gekomen om,
juist ook vanuit verkeersveiligheid, die '50- km'-borden aldaar te plaatsen.
Met betrekking tot de door de heer van der Hilst gemaakte opmerking, deelt spreker mede dat, zodra het
plan aan de Vianendreef - Lambregts - gerealiseerd wordt, een aansluiting gemaakt wordt bij de grens
van de bebouwde kom die met name getoetst wordt aan de verkeersveiligheidsaspecten. Dat was ook een
van de criteria van de fractie van Gemeenschapsbelang om daar een ontsluiting van de straat te maken.
Het college heeft daar oog voor. Ook bij de ontwikkeling van het bestemmingsplan 'de Neel' zal dat
steeds een integrale vraag zijn. Spreker is van mening, dat de verkeersborden pas verplaatst moeten
worden als ook feitelijk de verkeersveiligheid goed wordt aangepakt. Anders is er sprake van het loos
verplaatsen van een bord en er dient duidelijkheid te bestaan dat het ernst is met de verkeersveiligheid,
