toe biedt, reeds volgende week woensdag gezamenlijk de aspecten te bezien qua organisatie waarop ook
de heer van der Hilst doelde. Als datum om met de zaak te starten is de datum van 17 augustus geprikt.
Hij stelt zich voor om in de tijd gelegen tussen 5 juli en 17 augustus, binnen het college nog eens te
bezien op welke wijze de verschillende portefeuilles die daarbij betrokken zijn - wethouder van Geel
vanuit de milieuaspecten en wethouder Oomen vanuit openbare werken - geregeld moet gaan worden.
Het lijkt hem echter juist om eerst even de voorstellen van de gemeente Etten-Leur, de grootste
gemeente daarbij, af te wachten. Op zich is hij er wel voorstander van om een voorzitter en een
secretaris bij de verschillende gemeenten te hebben, maar hij kan zich in dit geval daarbij toch een
complicatie voorstellen. Ten aanzien van het voorzitterschap is spreker van mening dat de grootste
gemeente daarvoor het meest in aanmerking komt. Het gemeentelijk hoofd van de sector Ruimte, Wonen
en Milieu zou in dat geval de dupe worden van het secretariaatschap, maar hij zegt toe daarover met be
trokkene zelf en met de commissie van gedachten te zullen wisselen.
Voor wat betreft het eindtijdstip het volgende. Wanneer is het project voltooid? Het project is voltooid
als het bestemmingsplan onherroepelijk is geworden en dat hangt natuurlijk af van mogelijke bezwaren.
Naar zijn mening is het echter wel zo, dat, naar mate een goed draagvlak met de sector wordt ontwik
keld, er minder bezwaren zullen worden ingediend. In dat verband zal haastwerk als vanzelf leiden tot
juridische procedures en spreker is dan ook van mening dat het bijzonder belangrijk is om met de
klankbordgroep, bestaande ook uit de NCB en de andere organisaties waarom de raad heeft gevraagd,
een plan te ontwikkelen dat draagvlak heeft in plaats van alleen de snelheid in het oog te houden. Hij is
er echter van overtuigd dat college en commissie deze zienswijze delen. Spreker stelt zich voor de
commissie abro tijdens haar vergadering in augustus aanstaande nader te informeren over de plaatsgehad
hebbende en nog te hebben activiteiten.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens
conform het voorstel van burgemeester en wet
houders besloten.
7. Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit inzake percelen erond aan de Ahdisstraat
en het Rakehof.
De heer Schreiner zegt, dat zijn fractie akkoord gaat met het nemen van een voorbereidingsbesluit maar
dat zij er wel op wil wijzen dat de doorgang in de Abdisstraat ongewijzigd dient te blijven. De
toezegging daartoe is weliswaar wel gedaan, maar de situatietekening geeft daarover onvoldoende
duidelijkheid.
De heer Geuze zegt, dat voor wat betreft zijn fractie die onduidelijkheid er niet is omdat tijdens de
commissievergadering nadrukkelijk is afgesproken dat die doorgang zou blijven zoals die is en dat het
geen racebaan kan en mag worden. Derhalve gaat zijn fractie akkoord met het voorstel.
Namens de PvdA-fractie deelt de heer van der Hilst mede, dat het voorstel in twee delen uiteen valt. Op
de eerste plaats het aspect van de verkeersveiligheid. Inderdaad - de heer Schreiner heeft daarop al
gewezen - verschaft de situatietekening onvoldoende duidelijkheid. Daarop zijn schuine kanten aange
geven terwijl het hoeken dienen te blijven, in die zin dat de doorgang niet wordt vergemakkelijkt; dit
punt was voor zijn fractie bijzonder belangrijk. Daarnaast is zijn fractie enigszins terughoudender dan de
andere partijen ten aanzien van het verkopen van percelen grond, omdat zij van mening is dat bestem
mingsplannen zijn getekend volgens min of meer natuurlijke lijnen en dat die natuurlijke lijnen zo min
mogelijk onderbroken moeten worden. Daarnaast bestaat er bij zijn fractie enige terughoudendheid bij
het verlenen van bouwvergunningen voor het aanbouwen, achteruit bouwen en dergelijke, omdat zij
vindt dat dit in de meeste gevallen niet leidt tot architectonisch fraai vormgegeven gehelen. Huizen zijn
net als auto's in principe af, en daaraan of daarnaast moet dan ook niet te snel gebouwd gaan worden.
Namens de fractie van het CDA deelt mevrouw Hoelen mede, akkoord te gaan met dit voorstel.
Zich in zijn beantwoording in eerste instantie richtend tot de fractie van Gemeenschapsbelang, zegt de
voorzitter dat de doorgang aan de Abdisstraat ongewijzigd blijft. Hij heeft dat tijdens de commissieverga
dering reeds toegezegd en wenst dat thans te herhalen. Daarnaast wijst hij erop dat in algemene zin het
planologisch beleid - hoe ziet een bestemmingsplan eruit? - het vertrekpunt dient te zijn alvorens tot
wijzigingen te komen. Inderdaad is het zo - de heer van der Hilst heeft daarop al gewezen - dat de