winkeliers en haar bezoekers zoveel mogelijk beperkt moet worden. Dit wil echter niet zeggen dat er een
pas op de plaats gemaakt moet worden voor wat betreft een eventuele herinrichting van de Markt. Naar
onze mening een noodzakelijke voltooiing daarvan. Ik ben van mening dat ik dan toch nog even richting
de heer Geuze moet kijken, waar hij gezegd heeft dat het huidige college - waarvan wij coalitiepartner
zijn - de voortgang heeft van een slak. Daarover merk ik op, sprekend over de Markt, dat die nog niet
zo lang geleden opnieuw is ingericht. En eigenlijk is het best jammer dat we nu, na zo'n vijf a zes jaar,
weer opnieuw over onze Markt moeten praten. Toen maakten wij geen deel uit van het college, toen
hadden wij een stemming van acht tegen zeven. Ik kan het mij nog herinneren als de dag van gisteren.
En weet u wie er toen onder andere deel uitmaakte van het college, mijnheer Geuze? Dat was diezelfde
VVD en daarom ben ik van mening dat het zo jammer is - sprekend in dergelijke scherpe termen - dat
men zich niet realiseert waarom het noodzakelijk is dat dit onderwerp nogmaals ter discussie moet
worden gesteld.
Ik zal mijn betoog dan ook vervolgen en ik zal vanzelf wel terugkomen op die zaken waarvan het in feite
nodig is om die over te doen; ik ga ervan uit dat er inderdaad sprake is van overdoen van werk. Voor
wat betreft de Markt is er naar onze mening sprake van een noodzakelijke voltooiing. De Markt vormt
een wezenlijk onderdeel van het totale plan. Wij zijn het met u eens dat er nog nadere studie verricht
dient te worden naar welk model. Dit zou kunnen zijn het samenvoegen van één of meerdere modellen.
Mijnheer de voorzitter, het was bijzonder duidelijk tijdens de bijeenkomsten van alle direct betrokkenen,
met name de denktank die ook deelde de mening van de commissie ad hoc die is opgericht, dat voor wat
betreft de modellen er diverse mogelijkheden zijn waaronder mogelijkheden die zelfs in elkaar geschoven
zouden kunnen worden.
Echter, het kan en mag nooit zo zijn dat door de aanpak van de toeloopstraten de aanpak van de Markt
eerst veel later aan de orde komt. Omdat dit, naar onze mening, om diverse redenen niet van elkaar valt
los te koppelen. Bijvoorbeeld de verkeersstromen en de daarmee samenhangende situaties. Of de
financiële ruimte. Wij zouden het ons kunnen voorstellen dat aan het einde van de rit de financiële
middelen niet meer aanwezig zouden zijn en dat er van uitstel afstel komt. Mijnheer de voorzitter, wij
moeten er niet aan denken dat het centrum van onze gemeente tot in lengte van jaren het moet doen met
de huidige zandvlakte. Wij doen dan ook nogmaals de voorzet om in de modellen tevens mee te nemen
en te onderzoeken om de noordkant van de Markt voor bebouwing in aanmerking te laten komen. In
nauwe relatie hiermee staat de realisatie van parkeergelegenheid in of nabij de Kapelstraat. Tevens zijn
wij van mening dat in de huidige situatie de zeer wel mogelijke multifunctionaliteit van onze Markt
onvoldoende wordt benut, zowel van het verhoogde als van het centrale gedeelte. Dat vinden wij heel
jammer en het is mede daarom dat wij dit nu nogmaals onder de aandacht brengen. Teneinde eventueel
ontstane misverstanden te voorkomen ga ik nu terug naar het voor ons liggende voorstel. Voor wat
betreft punt 1., akkoord. En ten aanzien van punt 2. het woord "later" te vervangen door "zo spoedig
mogelijk". Gebruikservaring mag naar onze mening nimmer leiden tot vertraging. Wij willen nogmaals
pleiten voor het hart in het hart van ons dorp.'
In zijn beantwoording zegt de heer Oomen: 'Dames en heren, het is door u allen opgemerkt, toen het
college aan deze klus begonnen is - het was in het late voorjaar - kwam er veel werk op ons af. Er is een
denktank geformeerd, die is een groot aantal malen bijeen geweest; ook de tijdelijke commissie
herinrichting centrum is vele malen bijeen geweest. Er is inspraak geweest door diverse groeperingen; er
is een informatie-avond gehouden en al die gesprekken en al dat werk hebben uiteindelijk geleid tot het
rapport dat hier vanavond voor ons ligt. Dat wil ik in zijn algemeenheid vooraf gezegd hebben.
Er is door alle geledingen, alle groeperingen, alle deelnemers hard aan die klus getrokken, niemand
uitgezonderd. Er is consciëntieus en in goede harmonie, ook in de commissie, samengewerkt, ondanks
verschil van mening en ondanks soms al dan niet gerechtvaardigde kritiek. Dan wil ik, mijnheer de
voorzitter, de sprekers in volgorde afhandelen. Ik kijk eerst naar de heer Geuze van de VVD. Mijnheer
Geuze, u zegt: "vele klachten hebben ons bereikt met betrekking tot het centrum en waarom heeft het
zolang moeten duren?" Als u praat over klachten bedoelt u ook met name de Groenstraat en u weet dat
wij afgesproken hebben dat wij eerst de bouwwerken in de Groenstraat zouden realiseren en daarna pas
aan de inrichting zouden gaan beginnen. Het zou toch onverstandig zijn om voor een bedrag van
450.000,— de Groenstraat te gaan herinrichten en daarna te gaan bouwen. Dat zou een volgorde zijn die
naar mijn mening ook u niet wenst. Dat u zegt: "het is duurder geworden", natuurlijk, het zij zo, alles
wordt duurder. Daar staat echter tegenover dat we het geld niet eerder uitgegeven hebben en dat ook de
rente daarover op onze rekening is bijgeschreven. Ik vind het overigens plezierig mijnheer Geuze, dat u
