sche praktijken. Nu wordt dat ons als het ware aangewreven in die zin, dat door het staken van de
stemmen op 23 augustus de planning doorkruist werd. De bal wordt nu dus niet bij het college gelegd.
Wij hadden verwacht dat wij misschien een excuusbriefje hadden gekregen van het college in de zin van
"natuurlijk, jullie hadden gelijk, stom, stom dat wij zomaar de fout dreigden in te gaan door een
openbare vergadering besloten te verklaren zonder dat de bevolking daarvan tijdig op de hoogte kon
worden gebracht", maar niets van dit alles, geen tegemoetkoming aan ons, geen excuses van het college,
alleen maar nu lezen wij dat wij als Partij van de Arbeid, door niet mee te werken aan ondemocratische
besluitvormingsprocedures, de planning hebben vertraagd. Daarna is het qua procedure ook steeds verder
bergafwaarts gegaan; blunders gingen zich steeds sneller en veelvuldiger opstapelen. Bijvoorbeeld, wij
kregen op 22 september een brief van het college dat er een openbare informele raadsbijeenkomst was
gepland op 28 september om zeven uur, zonder dat de speciale raadscommissie daarvan op de hoogte
was. Wij hebben ons ook afgevraagd of we die speciale raadscommissie maar niet beter kunnen
opheffen, want wij hebben niet het idee dat die raadscommissie erg serieus wordt genomen. In die brief
wordt ook gesteld dat de speciale raadscommissie eind oktober dit voorstel zal bespreken. Enkele dagen
later - nog geen week later, 27 september - kregen we bericht van het college dat de speciale raadscom
missie niet bijeenkomt eind oktober maar op 11 oktober. Eerder was al toegezegd dat de commissie eind
september bijeen zou komen; ook dat werd niet waargemaakt door het college. Kortom, steeds meer
procedurele fouten en onduidelijkheden werden opgestapeld en het leek erop dat het college enigszins in
paniek begon te geraken door alle vragen, opmerkingen en de aandrang tot haast maken. Toen opeens
kregen we het plan zoals we dat vanavond hebben gezien, zonder dat we daarvan op de hoogte waren en
zonder dat de speciale raadscommissie daarvan op de hoogte was. Die mag dan nu op 11 oktober haar
oordeel daarover geven. Kortom, voorzitter, bij elkaar een groot aantal zaken waarmee ook de Partij van
de Arbeid hoogst ongelukkig is, hoogst ontevreden, en wij hopen dat het realiseren van de welzijnsac-
commodatie toch nog tijdig tot stand zal komen. Maar wij hebben daar weinig vertrouwen in, gelet op
het feit zoals het tot nu toe gegaan is, met name door de portefeuillehouder welzijn die, zoals gezegd, de
motor van het geheel zou moeten zijn. Wij hebben niets gemerkt van een stuwende, krachtige impuls
vanaf de wethouder welzijn en daarom wil ik ook namens de Partij van de Arbeid een motie indienen die
als volgt luidt:
"De raad der gemeente Prinsenbeek, in vergadering bijeen op 28 september 1995 met betrekking tot
concentratie van welzijnsaccommodaties;
kennisgenomen hebbend van:
a) een schriftelijk verzoek van 26 september 1995 van de VVD-fractie tot het verkrijgen van inlichtingen
als bedoeld in artikel 169 van de gemeentewet;
b) het schriftelijk antwoord daarop d.d. 27 september 1995 van burgemeester en wethouders;
in aanmerking nemend dat de behartiging van de onderwerpelijke, voor Prinsenbeek zeer belangrijke
zaak, zowel bestuurlijk als beleidsmatig, de portefeuillehouder, wethouder van Geel, als bijzonder zwaar
verwijtbaar is aan te rekenen;
besluit zijn afkeuring over diens handelwijze uit te spreken;
en gaat over tot de orde van de dag.
Deze motie zou ik dadelijk in stemming willen brengen.
Nadat de voorzitter geconstateerd heeft dat de motie van de PvdA voldoende ondersteund is en om die
reden onderdeel uitmaakt van de beraadslaging, geeft hij het woord aan mevrouw Hoelen van het CDA
wier betoog als volgt luidt:
'Ja voorzitter, namens de CDA-fractie wil ik ook hier onze ontevredenheid uiten over de manier waarop
het college, en in het bijzonder de wethouder, omgaat met de commissie vernieuwing gemeentelijke
gebouwen, waarvan de wethouder voorzitter is. Met veel moeite - dat is iedereen bekend - heeft de
CDA-fractie indertijd ingestemd met de procedure om ABC bouwmanagement de opdracht te verstrekken
om een programma van eisen op te stellen ten behoeve van de concentratie van de welzijnsgebouwen, en