te stellen naar de wijze waarop deze verkeersregelinstallatie beter zou kunnen functioneren, óók aan
Prinsenbeekse zijde. Waar het gaat over de Beeksestraat, de noord-zuid verbinding, komt het regelmatig
voor dat men, ondanks dat er via die weg weinig verkeersaanbod is, te lang voor de stoplichten moet
stilstaan. Gezien tegen die achtergrond, is tijdens het bewuste interview gefilosofeerd over de mogelijk
heden daarvoor een oplossing te bieden en in dat kader is het woord 'rotonde' gevallen. Het zou best
eens kunnen zijn dat een rotonde op die plaats juist gesitueerd zou blijken te zijn, ondanks het feit dat de
eerstvolgende verkeerslichten zich snel daarna aanbieden. Er kunnen zodanige verkeersmaatregelen
genomen worden dat de rotonde verkeersvrij is, maar dat betekent dat de traverse noord-zuid vrije
doorgang heeft. Het is niet zijn bedoeling geweest via het interview een kant en klaar plan te presente
ren, maar eerder een aanzet te geven tot een discussie, een 'brainstorming', omdat het zaken betreffen
die zowel de commissie als de gemeenteraad ter harte gaan. Maar spreker is van mening, dat hij als
portefeuillehouder de vrijheid moet hebben om over bepaalde onderwerpen ook met journalisten van
gedachten te wisselen. Hij besluit met te zeggen dat van de kop boven het bewuste artikel geen woord
onjuist was omdat het zijn eigen woorden waren.
In tweede termijn zegt de heer de Craen van de wethouder vernomen te hebben dat de Heidemij een
onderzoek instelt, maar zijn vraag luidt dan op wiens kosten dit onderzoek verricht wordt. Naar
aanleiding van de opmerkingen gedaan namens de fracties van VVD en Gemeenschapsbelang, betoont
zijn fractie zich niet bij voorbaat tegenstander van een rotonde op die plaats, maar wel vooraf een
verkeersonderzoek te wensen waaruit zou moeten blijken of een rotonde meer veiligheid biedt dan de
verkeerssituatie zoals die thans aan de orde is.
In antwoord op hetgeen door de heer Oomen is gezegd, deelt de heer Franken mede dat hij het dagblad
'de Stem' zo spannend van inhoud vindt dat hij die soms meerdere keren leest. Het zou daarom best eens
kunnen zijn, dat hij die krant tweemaal gelezen heeft. Essentieel echter is - zo vervolgt hij - dat, gelet op
de discussie die zojuist heeft plaatsgevonden, hij zich niet heeft uitgesproken tegen de mogelijkheid van
een rotonde op die plaats, maar hij wenst duidelijk aangetoond te zien of het nut heeft aldaar een rotonde
aan te leggen.
Nadat mevrouw van Weezei gezegd heeft nog geen antwoord te hebben gekregen op haar vraag, zegt de
heer Oomen. haar voor die nalatigheid zijn oprechte excuses te willen aanbieden, mede gelet op het feit
dat het hier haar maidenspeech betrof. Inhoudelijk op de door haar gestelde vraag ingaande, antwoordt
hij, dat het niet gemakkelijk is daarop een concreet antwoord te geven. Ondanks het feit dat niet hijzelf
de onderhoudsmonteur is, meent hij te kunnen zeggen dat het verschil ontstaan is als gevolg van het feit
dat de verkeersregelinstallatie minder onderhoud behoefde dan aanvankelijk gepland was. Met andere
woorden, de installatie heeft onderhoudstechnisch bezien uitstekend gefunctioneerd.
Zich vervolgens richtend tot de heer de Craen, zegt hij dat Rijkswaterstaat de opdracht heeft gegeven aan
de Heidemij tot het doen van onderzoek naar het functioneren van de verkeerslichten. Naar zijn mening
dient het gemeentebestuur de resultaten van dat onderzoek af te wachten en vervolgens te bezien in
hoeverre daar voor de gemeente positieve onderdelen in voorkomen die mogelijk bruikbaar zijn. Voor de
gemeente Prinsenbeek heeft dit onderzoek terecht geen financiële consequenties, omdat een groot deel
van de problematiek veroorzaakt wordt door de aan- en afvoerwegen van de A 16. Zich ten slotte
wendend tot de heer Franken, zegt hij diens mening te delen omdat ook hij het dagblad 'de Stem' een
interessant blad vindt.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens
conform het voorstel van burgemeester en wet
houders besloten.
17. Voorstel tot instemmin£ met voordracht bestuurssamenstelling IZA-Nederland.
De heer Franken zegt dat de fractie Gemeenschapsbelang eigenlijk stilzwijgend akkoord zou zijn gegaan
met het voorliggende voorstel, ware het niet dat zij een vraagteken plaatst bij de aanwijzing van de
wethouder van de gemeente Breda als lid van het bestuur van IZA-Nederland. Bezien in het kader van de
laatste ontwikkelingen in Breda en de aldaar tentoongespreide bestuurlijke onmacht, vraagt zijn fractie
zich af hoe lang deze wethouder zijn bestuurslidmaatschap zal blijven vervullen. Zijn fractie gaat
overigens wel akkoord met het voorstel.
