De heer van der Hilst vervolgt met te zeggen: 'Dan verschillen wij niet zoveel van mening, mevrouw Hoelen, dan is het misschien veeleer een formuleringskwestie. Gelet op mijn spreektijd ga ik hier nu niet verder op in. Ik hoop dat tijdens de spreektijd van mevrouw Hoelen de stopwatch werd ingedrukt, want die duurde wel anderhalve minuut. Met betrekking tot de ontsluiting van de Groenstraat, ben ik blij nu eindelijk van het college gehoord te hebben dat zij de klus eigenlijk niet aankan. Oud-burgemeester Verwiel en ex-wethouder Houtepen, die thans op de tribune zitten, horen in feite niets nieuws, want al tien jaar lang wordt hierover gesproken en al tien jaar lang wordt door het college gezegd: "we praten met de Nederlandse Spoorwegen, de gemeente Breda ligt dwars, NS wil niet", en ik ben blij dat we nu eindelijk duidelijkheid hebben: "wij kunnen het als college niet aan, wij gaan het uitbesteden aan een extern bureau." Had dat tien jaar geleden gezegd, dan hadden wij daar ook genoegen mee genomen. Voor wat betreft de auto- en motorsportevenementen, zullen wij de conceptverordening kritisch bekijken in de commissie. Wij zijn de heer Schreiner dankbaar dat hij gezegd heeft dat zijn fractie zich bij haar standpunt zal houden; dat zij daarvan niet veel zal afwijken. Vorig jaar was hij duidelijk tegen, dus ik ben benieuwd of hij dat ook staande houdt in de commissie. Maar ik ga daar wel vanuit. Ten aanzien van het parkeerbeleid vind ik het toch erg jammer dat wethouder Oomen over mijn formule V x D S, over de vorm is gaan praten en niet op de inhoud is ingegaan. Des temeer is hiermee het bewijs geleverd hoe belangrijk die V is en in welke mate het daaraan bij deze wethouder ontbreekt. Vorig jaar heeft hij duidelijk gezegd: "geen nieuwe parkeerplaatsen", en nu zegt hij: "er zijn weer meer auto's, ze vragen erom, dus ik doe dat gewoon weer en wat ik vorig jaar gezegd heb, dat interesseert mij eigenlijk niet." Bij interruptie zegt de heer Oomen: 'Mijnheer van der Hilst, het is verkeerd, ik heb er nog eens over nagedacht. V x D S is in het geheel niet juist, namens het college stel ik voor als slogan te hanteren: C V D, College Van Doeners.' De heer van der Hilst zegt 'te moeten constateren dat u niet milieu in uw pakket heeft. Er ontbreekt een visie op automobiliteit. De wethouder gaat uit van de spiraal dat er meer auto's bijkomen, dat men die auto's wil parkeren, dus meer parkeerplaatsen, daardoor meer auto's en daardoor weer meer par keerplaatsen. Wij zeggen: "die V staat voor visie. Je moet eerst een visie hebben over wat wij willen aan automobiliteit binnen ons dorp; wat kan ons dorp aan?" Als dat is uitgesproken komt daar vanzelf uit of er meer, minder of hetzelfde aantal parkeerplaatsen beschikbaar moeten zijn. Maar je moet niet zeggen: "de mensen rijden rond en ze willen parkeerplaatsen, dus ik leg parkeerplaatsen aan en daardoor komen er meer auto's en daarom zijn er meer parkeerplaatsen nodig."' Bij interruptie zegt de heer van Geel: 'Ik wil daar toch iets aan toevoegen. U praat nu over het milieu, u kunt heel gemakkelijk zeggen: "u heeft geen visie", maar wij hebben te maken met de realiteit. En de realiteit is, dat het gemiddelde gezin in Prinsenbeek de beschikking heeft over meer dan één auto en dat die auto's ook voortdurend gebruikt worden. We kunnen wel proberen dat probleem te ontkennen en te zeggen: "dat willen wij veranderen, dat moeten wij veranderen", maar als gemeenteraad of als college zijn wij niet in staat een gedragsveran dering bij mensen te bewerkstelligen door parkeerplaatsen op te heffen. Mensen gebruiken die auto, mensen willen een parkeerplaats, de middenstand leeft daarvan, en als u dat gaat doorbreken gebeurt er iets anders en blijft er van de kern van ons dorp, denk ik, niets over. De heer van der Hilst zegt: 'Voorzitter, wij verschillen van mening, in Amsterdam en Rotterdam kan men ook niet parkeren en daar hebben de mensen ook allemaal een auto. Ik wil nog iets zeggen over De Neel. Er is veel overgenomen van onze ideeën over die nieuwe wijk De Neel. Bedankt daarvoor. Ik wil er toch ook nog even op wijzen dat wij uit de beantwoording op onze vraag wat betaalbare koopwonin gen zijn, te horen hebben gekregen dat het college denkt aan woningen van ongeveer f. 175.000,--. Wij hopen dan ook dat binnen dat bedrag betaalbare koopwoningen gerealiseerd zullen gaan worden, ook in De Neel. Wat betreft de uitbreiding van de commissies tot vijf leden, daar zijn wij geen voorstander van. Op de eerste plaats niet omdat wij in de commissies niet zodanig willen werken dat het op stemmingen moet aankomen. Moeten we dan zeggen dat met een stemverhouding 3 2 een zaak beslist is? Bij een stemverhouding van 2 2 staken de stemmen; dan is er geen meerderheid en moet je het dus niet doen. En dan moet je het niet gaan forceren door er een lid bij te zetten waardoor de verhouding 3 2 wordt en je wel gelijk zou hebben. Dat is niet juist. Men moet niet zo bang zijn dat de stemmen eventueel kunnen staken. Bovendien zijn in de commissies die vijf leden tellen ook weieens leden niet aanwezig waardoor men soms ook met vier mensen aanwezig is omdat er geen vervanging is. Daarover doen we toch ook niet moeilijk? Voor wat betreft de hondenbelasting zijn wij niet voor afschaffing daarvan.'

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 244