Ill Voor nadere afdoening in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen:
a. Brief d.d. augustus 1995 van de Medezeggenschapsraad van de openbare basisschool Apollo inzake
bezorgdheid over het toekomstig openbaar onderwijs in de gemeente Prinsenbeek.
b. Twee brieven d.d. 18 augustus 1995 van de familie van Dongen inzake de verbetering van de
Overveldsestraat met verzoek aandacht voor de verkeersveiligheid.
c. Brief d.d. 14 september 1995 van diverse bewoners van de Overveldsestraat inzake de verbetering
van de Overveldsestraat met verzoek aandacht voor de verkeersveiligheid.
Naar aanleiding van de brief genoemd onder II a., de brief van 21 september 1995 van DAS Rechtsbij
stand inzake verzoek van de heer C. van de Berg tot herziening verkoopbesluit d.d. 21 mei 1992,
verzoekt mevrouw Dicou het college om deze lang slepende zaak snel tot een einde te brengen.
De voorzitter antwoordt, met te zeggen dat de raadsleden binnen enkele dagen een voorstel zal bereiken
om dit onderwerp te behandelen tijdens de eerstkomende vergadering van de commissie openbare
werken. Het streven is erop gericht zo spoedig mogelijk na het advies van de commissie een raadsbesluit
te formuleren. De strekking daarvan wordt uiteraard bepaald door de inhoud van het advies van de
commissie.
Ten aanzien van het stuk genoemd onder III a., de brief van augustus 1995 van de medezeggenschaps
raad van de openbare basisschool Apollo inzake bezorgdheid over het toekomstig openbaar onderwijs in
de gemeente, deelt mevrouw Dicou mede, dat de VVD, zowel landelijk als plaatselijk, voorstander is
van openbaar onderwijs. Haar fractie verzoekt het college dan ook met klem, om alle mogelijkheden te
onderzoeken die ertoe zouden kunnen leiden het openbaar onderwijs in de gemeente te waarborgen.
De voorzitter antwoordt, dat dit onderwerp tijdens de laatstgehouden collegevergadering uitgebreid
besproken is en dat daarbij de afspraak is gemaakt, juist ter tegemoetkoming aan dit verzoek, om op
korte termijn een verkennend gesprek te hebben met het schoolbestuur.
Met betrekking tot het stuk genoemd onder I i., de brief van 15 september 1995 van het ministerie van
Binnenlandse Zaken inzake het kabinetsstandpunt over de vernieuwing van de bestuurlijke organisatie,
zegt de heer Geuze dat zijn fractie het te ver vindt gaan om deze brief - zoals voorgesteld - zonder meer
voor kennisgeving aan te nemen. Zonder inhoudelijk op het schrijven te willen ingaan, spreekt hij
namens zijn fractie de hoop uit dat over deze zaak spoedig een plenair debat zal plaatshebben in de
Tweede Kamer, vóórdat enig wetsontwerp ter tafel komt waarbij ook de gemeente Prinsenbeek betrokken
is.
De voorzitter antwoordt, dat de vaste kamercommissie de notitie zal behandelen tijdens haar vergadering
van 20 november aanstaande. Daarna zullen de wetsvoorstellen behandeld moeten worden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens
conform het voorstel van burgemeester en wet
houders besloten.
5. Voorstel tot vaststelling van de Organisatieverordening gemeente Prinsenbeek.
Namens de fractie van Gemeenschapsbelang zegt de heer Franken dat de onderhavige verordening
uitvoerig onderwerp van gesprek is geweest tijdens een bijeenkomst van het Georganiseerd Overleg.
Omdat hijzelf geen onderdeel uitmaakt van het Georganiseerd Overleg, heeft hij via de notulen van het
besprokene tijdens die bijeenkomst kennis kunnen nemen. Zijn fractie is tot het standpunt gekomen, met
de inhoud van de thans voorliggende organisatieverordening te kunnen instemmen, mede ook omdat
daarin verwerkt zijn de vragen die gesteld zijn tijdens de desbetreffende commissievergadering.
De heer Geuze deelt mede, dat ook zijn fractie geheel kan instemmen met het voorliggende ontwerpbe
sluit. Als nieuw lid van het Georganiseerd Overleg heeft hij hierover enkele vragen gesteld, met name
over de regeling handelend over de verantwoordelijkheid van de gemeentesecretaris. Daarop is een voor
een ieder bevredigend antwoord gegeven.
Zijn fractie kan niet akkoord gaan met het volwaardig lid van het managementteam doen zijn van het
