in feite bijna een halvering van de prijs plaatsgevonden. Ik kan mij dan ook niet aan de indruk
onttrekken dat wij, als we het thans voorliggende contract als een goed contract beoordelen, met de
voorgaande overeenkomst belazerd zijn. Destijds is eveneens een aanbestedingsprocedure gevolgd
waaraan meerdere inschrijvers hebben meegedaan en daaruit werd de goedkoopste aanbieder gekozen.
Tot ons aller verbazing - en zelfs tot verbijstering van enkelen, ook bij het stadsgewest - blijkt dat de
concurrentie, het (ver)dringen op de markt, het zoeken van een vaste plek, blijkbaar zoveel waarde heeft
dat men heel diep gaat met zijn prijsstelling. Wat dat betreft deel ik uw mening, dat we met de vorige
overeenkomst waarschijnlijk veel te veel hebben betaald en dat er wellicht geen sprake was van geweldig
goed koopmanschap. Wel verheugt het mij, dat de zaak nu blijkbaar veel beter en veel georganiseerder is
aangepakt. Of dat louter een gevolg is van de Europese richtlijnen kan ik niet beoordelen maar als die
daarbij een rol hebben gespeeld hebben we in dat opzicht best iets goeds ontdekt van het gezamenlijke
Europa. Mevrouw Van Hoek heeft er al op gewezen dat afval geworden is tot big business. Dat geldt
niet alleen voor klein chemisch afval maar ook voor gebruikte kleding en dergelijke. Vorige maand
hebben we daarover nog gesproken. Ten aanzien van uw opmerking over het kaartje met de wij kindeling
bent u op uw wenken bediend. Het bij de tijd maken van dit kaartje was natuurlijk eerder al onderwerp
van gesprek. Niet alleen is dit van belang voor de inzamelaar van het klein chemisch afval maar ook
voor inzamelaars van andere goederen. Voor iedereen is een goede voorlichting en een heldere
wijkindeling van groot belang en als het kaartje uw instemming heeft meen ik te mogen aannemen dat we
daarin geslaagd zijn. Voor wat betreft de vraag van de heer Braspenning, meen ik begrepen te hebben
dat de afgewerkte olie niet wordt opgehaald door deze firma maar dat daarvoor een overeenkomst is
aangegaan met een andere inzamelaar. Deze inzamelaar is gespecialiseerd in de afvoer van afgewerkte
olie en schijnt dat weer voordeliger te kunnen doen dan de inzamelaar van het kca. Daarom is dit buiten
het contract gehouden.
Ten slotte constateer ik, dat een ieder zich kan vinden in de meer uitgebreide dienstverlening tegen de
helft van de kosten.'
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens con
form het voorstel van burgemeester en wethouders
besloten.
16. Voorstel tot vaststelling van de beleidsnota m.b.t. de invoering van de nieuwe Algemene
bijstandswet per 1 januari 1996.
De heer van der Hilst zegt, dat zijn fractie kan instemmen met de beleidsnota. 'Er is vooral gebruik
gemaakt van een VNG-model. Het past een beetje binnen de vernieuwing van de gehele sociale
wetgeving die op dit moment door Nederland waart. De WAO, de Nabestaandenwet, de afschaffing van
de Ziektewet, betaalbaarheid van de AOW en dergelijke, het staat allemaal onder druk om te proberen
onze sociale zekerheid overeind te houden en te garanderen voor hen die het echt nodig hebben, en er de
stofkam door te halen voor die mensen die er eigenlijk geen gebruik van zouden moeten maken. Motto
"streng aan de poort, actief aan de uitgang" met daarbij steeds de afweging tussen rechtvaardigheid,
rechtmatigheid, doelmatigheid en efficiëntie. De instrumenten die worden gehanteerd, zijn plannen en
beleidsverslagen en bevordering van de arbeidsinschakeling en wij gaan daarmee wel akkoord maar
zeggen toch ook "wees een beetje voorzichtig". Op dit moment draait alles om werk, werk en nog eens
werk en Nederland zoekt zijn heil in betaalde arbeid. Grote fixatie op betaalde arbeid; een liberale wind
die op dit moment door ons land waart en ook door Prinsenbeek. We moeten daarin toch een beetje
voorzichtig zijn. Niet al teveel de nadruk te gaan leggen op arbeidsparticipatie, betaalde arbeid. Er wordt
ook arbeid verricht in huishoudens, al is dat niet altijd betaalde arbeid. Wij hebben wat moeite met een
te eenzijdige nadruk op betaalde arbeid en wij zijn dan ook verheugd dat de verplichte arbeidsparticipatie
voor moeders met kinderen in de leeftijd tussen vijf en twaalf jaar, in tweede instantie iets is verzacht. In
eerste instantie zouden zij verplicht worden om te gaan werken. Dat is dus toch een partiële arbeids
plicht. Wij vinden het belangrijk dat er een individuele benadering is, dat per geval bekeken wordt in
hoeverre men moeders met zorg voor kinderen in de leeftijd tussen vijf en twaalf jaar ook naar de arbeid
kan begeleiden.
De vraag is, wat het effect zal zijn van deze nieuwe Abw. De stofkam gaat nu door het bestand en wij