Verordening op de heffing en invordering van de onroerende-zaakbelastingen 1995.
f. Goedkeuring van Gedeputeerde Staten op het raadsbesluit d.d. 27 oktober 1994 tot wijziging van de
Verordening op de heffing en invordering van de ruilverkavelingsbaatbelasting in de Haagsche
Beemden.
g. Goedkeuring van Gedeputeerde Staten op het raadsbesluit d.d. 27 oktober 1994 tot vaststelling van de
Verordening op de heffing en invordering van hondenbelasting 1995.
h. Goedkeuring van Gedeputeerde Staten op het raadsbesluit d.d. 27 oktober 1994 tot vaststelling van de
Verordening op de heffing en invordering van reinigingsrechten 1995.
i. Goedkeuring van Gedeputeerde Staten op het raadsbesluit d.d. 27 oktober 1994 tot vaststelling van de
Verordening op de heffing en invordering van rioolrechten 1995.
j. Brief d.d. 9 december 1994 van Quarles Jurgens Advocaten inzake verzoek overleg over
planschade met antwoord van burgemeester en wethouders d.d. 21 december 1994 en reactie d.d. 9
januari 1995 van Quarles Jurgens Advocaten,
k. Brief d.d. december 1994 van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Westelijk Noord-Brabant
inzake rapport "Bedrijvendynamiek in West-Brabant in 1993".
1. Brief d.d. december 1994 van de Nederlandse Vereniging tot Bevordering van de Zondagsrust en de
Zondagsheiliging inzake openstelling van winkels op zondag,
m. Brief d.d. 7 december 1994 van de Vereniging van Grootwinkelbedrijven in Levensmiddelen inzake
winkelopenstelling op Koninginnedag 29 april 1995 met antwoord van burgemeester en wethouders
d.d. 19 december 1994.
n. Brief d.d. 1 december 1994 van Stichting De Markenlanden inzake inleidingen gehouden tijdens
intergemeentelijk overleg op 22 september 1994.
o. Brief d.d. 28 november 1994 van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten inzake Handreiking
Nationaal Comité 4 en 5 mei m.b.t. de herdenking en viering van 4 en 5 mei.
Naar aanleiding van het schrijven genoemd onder o. vraagt de heer Geuze of al bekend is wat er op 4 en
5 mei aanstaande, en in het bijzonder 5 mei, binnen de gemeente te gebeuren staat. De voorzitter
antwoordt inmiddels een programma te hebben ontvangen van het Oranjecomité en daarover met de
voorzitter van dat comité gesproken te hebben. Naar zijn mening moet informatie over het programma
vanuit het Oranjecomité worden verstrekt, gelet op het uitvoerige karakter daarvan en de lof die het
verdient om zo'n programma te kunnen presenteren. Hij zegt te willen bevorderen dat de leden van de
raad op korte termijn geïnformeerd worden.
Zonder hoofdelijke stemming worden de stukken
a. t/m o. vervolgens voor kennisgeving aangeno
men.
6. Voorstel tot vaststelling van de Verordening, regelende de samenstelling en bevoegdheden van de
vaste raadscommissies van advies aan het college van burgemeester en wethouders.
Mevrouw Hoelen zegt, dat de nieuwe verordening uitvoerig besproken is in de commissie algemene
zaken en dat de opmerkingen door haar fractie naar aanleiding daarvan gemaakt, grotendeels zijn
verwerkt in het thans voorliggende ontwerp, inclusief de wijzigingen die hen op het laatste moment
bereikt hebben. Haar fractie kan dan ook instemmen met de verordening al heeft zij wel enkele
opmerkingen over artikel 3 van de verordening waarin de bevoegdheden van de commissies omschreven
zijn. Zij merkt op het een goede zaak te vinden dat de commissies algemeen bestuur, openbare werken
en welzijn tevens adviseren over de inkomsten en uitgaven met betrekking tot zaken die tot hun
taakgebied behoren. Huns inziens dient het echter ook mogelijk te blijven om in de commissie financiën
op de financiële aspecten van deze zaken in te gaan.
Over de inhoud van het door de commissies uit te brengen advies bestaat bij haar fractie nog enige
onduidelijkheid. Enerzijds moet de behandeling voornamelijk beperkt blijven tot juridische, technische en
financiële aspecten van de onderwerpen en dient de politieke en beleidsmatige discussie in de raad plaats
te vinden, anderzijds wordt in de commissies om een duidelijke standpuntbepaling van de fracties
gevraagd. Haar fractie heeft dit punt herhaaldelijk aan de orde gesteld in de commissie a.z., maar