y
J.
2.
2.
J.
2.
2.
2.
2.
2.
2.
2..
2.
2.1/
BEDRAG DER BEDEELING, WELKE PER
Bij ziekte int
1. Voor ouderlooze of verlatene kinderen beneden 5 jaren.
2. Idem van 5 tot 12 jaren.
5. Idem van 12 tot 16 jaren.
4. Idem boven 16 jaren.
5. Voor ongehuwde mannen of weduwnaars beneden 60 jaren.
Voor ieder inwonenddund van eenen weduwnaar daarenboven/
beneden 5 jaren.
Idem van 5 tot 12 jaren.
Idem van 12 tot 16 jaren.
Idem boven 16 jaren.
6. Voor ongehuwde of verlaten vrouwen of weduwen beneden 60
jaren.
Voor ieder hunner inwonende kinderen daarenboven, beneden
5 jaren.
Idem van 5 tot 12 jaren.
Idem van 12 tot 16 jaren.
Idem boven 16 jaren.
7. Voor ongehuwde mannen of weduwnaars boven 60 jaren.
Voor ieder inwonend kind van eenen weduwnaar daarenboven,
beneden 5 jaren.
Idem van 5 tot 12 jaren.
Idem van 12 lot 16 jaren.
Idem boven 16 jaren.
8. Voor ongehuwde of verlatene vrouwen of weduwen boven
60 jaren.
Voor ieder hunner inwonende kinderen daarenboven, beneden
12 jaren.
Idem van 12 tot 16 jaren.
Idem boven 16 jaren.
9. Man en vrouw gehuwd, de man beneden 60 jaren.
Voor ieder inwonend kind daarenboven, beneden 5 jaren.
Idem van 5 tot 12 jaren.
Idem van 12 tot 16 jaren.
Idem boven 16 jaren.
10. Man en vrouw gehuwd, de man boven 60 jaren.
Voor ieder inwonend kind daarenboven, beneden 5 jaren.
Idem van 5 tot 12 jaren.
Idem van 12 tot 16 jaren.
Idem boven 16 jaren.
11. Voor woning aan gezinnen, die in de termen verkeeren om daar
van te worden voorzien, kan hoogstens, per
liprpkpnri wnrrlpn vprstrpkfc f
2 ft
f
V
uw
2.3/
2 ft'
Jf,
2.
2. f*
2.3/
2. 3/
2.32
Zf/
J.,
2.
2.3
2.jr>
2. ff
cl...
C
s
J.
2.3/
2.312
2.2/
J
3
1—5
8
2.
J
2-2/
3
GD
3
2.
2.
2?
2. ft
/j
y
2.3/
2,2/
3, 4
y#
O
-a
c.
<L)
10
.3
O
O
O
U
O
K
12
2.
2.
2.3IP
2.f/
Z.ff
23/
3. .j
J.J»
2.3/
22/
23/.
3