77.
12.
14,
13.
Electriciteits-Maatschappij ontworpen plan d.d. 26 septem
ber 1958 en daarvoor een crediet beschikbaar te stellen
[van 41 .634»onder voorwaarde, dat van rijkswege daarin
een bijdrage wordt verleend van 25$ in de werkelijke kosten
[van aanleg tot een maximum van 10.200,
(zie besluit in dossier -1.824.112-)
Alsvoor tot vaststelling van de vergoeding, bedoeld in art
101 der L.O.wet 1920, óver 1959 voor de besturen der Scho-
len voor G-.h.O. en V.G.L.O.
[vlet algemene stemmen wordt zonder nadere bespreking beslo
ten:
te
tachtig
gulden,
A. 1. de vergoeding, bedoeld in art. 101 der 1.0. wet 1920
voor de Bijzondere Jongensschool voor Gewoon lager
Onderwijs voor het dienstjaar 1959 vast te stellen
op zesduizend drie honderd een en
zeven en zestig cent6.381,67)
2. het bedrag der voor vergoeding in
uitgaven voor het dienstjaar 1959
zesduizend vierhonderd twee
negentig cent6.482,91
aanmerking komende
vast te stellen op
en tachtig gulden een en
1. de vergoeding, bedoeld in art. 101 der L.O.wet 1920
voor de Bijz. Meisjesschool voor Gew. lager Onderwijs
voor 'het dienstjaar 1959 vast te stellen op 6.813>32
zegge zesduizend achthonderd en dertien gulden twee
en dertig cent.
2. het bedrag der voor vergoeding in aanmerking komende
uitgaven voor het dienstjaar 1959 vast te stellen
op 6.835>76 zegge zesduizend achthonderd vijf en
dertig gulden, zes en zevetig cent.
1. de vergoeding, bedoeld in art. 101 der 1.0. wet 1920
voor de BijzMeisjesschool voor V.G.L.O. voor het
dienstjaar 1959 vast te stellen op 2.750,zegge
tweeduizend zevenhonderd vijftig gulden;
2. het bedrag der voor vergoeding in aanmerking komende
uitgaven voor het dienstjaar 1959 vast te stellen op
2.117»98, zegge tweeduizend eenhonderd en zeventien
gulden, acht en negentig cent.
(- zie besluiten in dossier - 1.851.2.07.2)
vaststelling van de vergoeding, bedoeld in art
bis der 1.0. wet 1920, over 1959, voor het bestuur der
Alsvoor
Toï
tot
school voor V.G.L.0.
Met algemene stemmen wordt zonder nadere bespreking beslo
ten de vergoeding, bedoeld in artikel 101bis, 4e lid der
Lager Onderwijswet 1920 over 1959 voor het bestuur der R.K.
Meisjesschool voor V.G.L.O. vast te stellen op 2921,35,
zegge twee duizend negenhonderd een en twintig gulden vijf
en dertig cent.
-zie besluit in dossier -1.801.2
01.08.741.-)
Alsvoor tot vaststelling van het voorschot op de vergoe
ding be do ël d "in arc1 47 der 1.0. Wet"'19 20, over 1T90O,
voor het bestuur der school voor V.G.L.O.
Zonder nadere bespreking en met algemene stemmen wordt
besloten overeenkomstig artikel 101bis der L.O.wet 1920
het bedrag van het voorschot over 1960 te stellen op
3.857>14> zegge drie duizend achthonderd zeven en vijftig
gulden, veertien cent.
(-zie besluit in dossier 1.85123-07.2-)
N. S. 17192 II