286
worden mijn zorgen toch wel groter.
De Voorzitter antwoordt, dat er een goede kerncentrale
moet zijn van waaruit gewerkt moet worden.
Het is voor de gemeente van groot belang, dat er een
gemeentehuis is, dat aan representatieve eisen voldoet
en goede werkruimte voor het personeel heeft.
Kijk eens, zo zegt de Voorzitter, wij moeten eens beginnen
en financieren daarom ook met toekomstplannen.
Hierna vraagt het raadslid Chr.van Beek wat er in de
volgende begrotingen gaat gebeuren (1965-1966) indien
er geld nodig is.
De Voorzitter antwoordt hierop, dat, indien Gedeputeerde
Staten het gevraagde crediet goedkeuren er een verfijn
de uitkering uit het gemeentefonds aan Teteringen zal
moeten worden toegekend.
Wethouder Oomen merkt op, dat we nu met de begroting
aan het einde van de rit komen. Hij zegt zolang er niet
aan het gebouw gewerkt wordt, gebeurt er niets met de
begroting. Er komen dus ook geen nadelige saldi.
Administratief is het, evenals dit het geval is met
andere posten, sluitend gemaakt door de secretaris.
Het voornaamste is om de dekkingsmiddelen te vinden
voor de financiering van het toekomstige gemeentehuis.
Hij voegt hier nog aan toe, niet te geloven, dat volgend
jaar de eerste steen zal kunnen worden gelegd.
Het raadslid Chr.van Beek zegt, dat er in het algemeen
een temporisering moet plaats vinden. Hij verwacht tegen
de tijd, dat met de bouw kan worden begonnen, het inwoner
tal naar de 4000 loopt.
Nogmaals zegt hij, als de goedkeuring van het crediet
maar geen rem legt op andere uitgaven.
'Wethouder v.d.Veeken merkt in dit verband nog op, dat
over 5 jaren dit crediet waarschijnlijk pas kan worden
afgeschreven.
De Voorzitter deelt hierop nog mede, dat de Raad dit
in het algemeen als een principe besluit moet zien.
Wethouder v.d.Veeken zegt,ook al zouden wij op dit
moment het nodige crediet hebben, dan zouden Gedeputeerde
Staten dit crediet toch weigeren.
Maar, zo zegt hij, wij zitten altijd met optimisten en
pessimisten en hopen over 5 a 6 jaren een nieuw gemeen
tehuis te hebben.
Het raadslid vdWijgerd vraagt of andere werkzaamheden
niet in het gedrang komen, zoals bijvoorbeeld de riolering
van de Oosterhoutseweg.
Wethouder Oomen zegt, dat er geen B.en W.voorbij gaat of
er wordt van gedachten gewisseld over deze riolering.
Wij kunnen op dit moment op dezelfde progressieve wijze
doorgaan. Voordat wij het crediet nodig hebben, zijn wij
enkele jaren verder.
Zolang dit plan niet bij Gedeputeerde Staten is geweest,
kan het ook niet op de stapel bij Volkshuisvesting komen.
Wanneer wij zover zijn, dat er met het gemeentehuis een
begin kan worden gemaakt, is er een groot aantal woningen
bij. Op de tweede plaats kunnen wij dan ook profiteren van
de verfijning, omdat wij nog geen werken hebben, die kapi
taalintensief zijn. Bovendien kunnen wij met het maken
van plannen verder gaan zolang er maar geen centen op
tafel moeten komen.
De Voorzitter merkt op, dat het niet Volkshuisvesting
in Den Bosch, maar in Den Haag moet zijn, waarnaar het
plan voor goedkeuring moet worden toegezonden.
