260 v=tot oprichting de gevallen tot gezamelijke activiteiten te laten komen. Als een van de eerste gunstige resultaten van de jeugd raad zie ik reeds het initiatiefvvan een jeugddrumband. Een initiatief op een geheel ander gebied betrof de aan stelling van een maatschappelijk werkster. Ook hiervan zijn op den duur naar mijn inzicht goede resultaten te ver wachten voor onze gemeenschap. Verder wil ik nog noemen in dit verband de oprichting van een dames- en een jongenskoor, terwijl de oprichting van een woningbouw- stichting onder patronaat van Deto in het verschiet ligt. Vanaf deze plaats wil ik mijn erkentelijkheid uitspreken tegenover diegenen, die deze initiatieven namen. In het afgelopen jaar mocht het Wit-Gele Kruis afd. Teteringen haar 40 jarig bestaan vieren. De zusters Franciscanessen van Dongen zagen wij, althans wat hun huisvesting betreft, naar elders vertrekken, terwijl de Broeders van de congre gatie van O.L.Vrouw van Barmhartigheid van Oud-Gastel in het klooster een internaat vestigden voor schippers kinderen. Ook nu weer rust op mij, mijne heren, de aangename plicht IJ als raadsleden te bedanken voor de goede en prettige samenwerking in het afgelopen jaar. Ik hoop dat deze ook in 1964 bestendigd zal worden. Ook U mijne heren wethou ders dank ik bijzonder hartelijk. U hebt met mij de hitte en de last van het dagelijks bestuur onzer gemeente moeten dragen. Uwerzijds is dit altijd in een prettige sfeer ge schied. Daar ben ik ten zeerste erkentelijk voor. Ook spreek ik mijn dank uit tegenover al diegenen, die het gemeentebestuur in de uitvoering van zijn taak heb ben bijgestaan. Ik denk hierbij allereerst aan de heer gemeentesecretaris. Eveneens wil ik in mijn dank betrek ken U, mejuffrouw, mijne heren ambtenaren van onze secre tarie. Ik dank U voor de toewijding, waarmede gij Uw taak vervuld hebt. U zag uit Uw midden de heer van Alphen ver trekken naar de secretarie van de gemeente Venray. Zijn plaats werd door de heer van Etten, laatstelijk ambtenaar ter secretarie van de gemeente Terheyden, ingenomen. Verder richt ik mijn dank in het bijzonder tot de gemeente werklieden, die in de zeer barre winter 1962/1963 ons nimmer in de steek lieten, wanneer het er om ging onze straten en wegen, zoveel als mogelijk was, begaanbaar te houden. Ook de mannen van de B.B., in het bijzonder de heer van Hulst, dank voor wat zij in 1963 voor onze ge meente deden, door het B.B. korps- dat geheel uit vrij willigers bestaat- in behoorlijke staat van geoefendheid en paraatheid te houden. Tenslotte wil ik nog mijn dank brengen aan de leden van de Rijkspolitie voor wat zij in het belang van de veiligheid van het verkeer alsook voor de rust in onze gemeente gepresteerd hebben. Ik wil eindigen met de bede, dat God ons zijn onmisbare zegen niet zal onthouden en dat Hij ons werk, dat wij in het belang van velen mogen verrichten rijkelijk zal steu nen. Hierna vraagt de heer Chr.van Beek het woord. Hij dankt namens de gehele raad, de voorzitter voor zijn goede wen sen en biedt hem wederkerig de beste wensen voor hem en zijn echtgenote aan. Hij spreekt de hoop uit, dat de ver schillende activiteiten, door de Voorzitter gereleveerd, in 1964 goede voortgang zullen vinden, waarna hij een lans breekt voor een rondweg langs de bossen, teneinde daar nieuwe woongelegenheid te scheppen. Sarnsom 17192 II

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 260