Voorstel van burgemeester en wethouders tot het verlenen
van medewerking krachtens art. 72 van de 1.0.wet 1920 voo
de aanschaffing van nieuwe schoolborden ten behoeve van
de meisjesschool voor g.l.o.
Zonder verdere bespreking en overeenkomstig bet voorstel
van burgemeester en wethouders wordt met algemene stemmen
beslbten.
(zie besluit in dossier 1.851.2.06.1)
Voorstel van burgemeester en wethouders tot verkoop van
enige oercelen bouwgrond.
De heer Chr. van Beek zegt, dat hem uit de voorstellen
van het college is gebleken, dat bij de verkoop van grond
aan de heer Kokx uit Oosterhout de door de Raad vastge
stelde algemene verkoopsvoorwaarden voor de verkoop van
gronden worden gevolgd, terwijl zulks bij de verkoop van
grond aan de Pa. Luyten te Breda niet het geval is.
De levering van de grond aan de Pa. Luyten wordt immers
in het voorstel afhankelijk gesteld van de datum, waarop
deze bouwonderneming over de vereiste rijksgoedkeuring
voor de bouw van woningen op dit perceel grond zal kunnen
beschikken. Met het voorbeeld van de Bramij voor ogen
acht hij hetgeen thans wordt voorgesteld niet in het be
lang van de gemeente. Bovendien treft hij in het ontwerp
besluit tot verkoop van grond aan Kokx gieen clausule aan,
houdende verrekening van onder- of bovenmaat, terwijl bij
de voorgenomen verkoop aan de Pa. Luyten onder-of boven
maat geen aanleiding tot verrekening kan geven, haar zijn
mening moet verrekening van onder-of bovenmaat ook bij de
grondoverdracht aan de Pa. Luyten plaats kunnen vinden.
De heer van der Veeken vraagt hierop aan de heer van
Beek, of het dan zijn bedoeling is, dat levering van de
grond aan de Pa. Luyten zal moeten plaats vinden, niet
na ontvangst van de rijksgoedkeuringen voor de bouw van
woningen, maar na goedkeuring van het raadsbesluit tot
verkoop van grond door Gedeputeerde Staten.
De heer Chr. van Beek: Inderdaad.
De Voorzitter vraagt vervolgens, of het voorstel van de
heer Chr. van Beek door meer leden ondersteund wordt.
Aangezien zulks het geval blijkt te zijn, brengt de voor
zitter het voorstel van de heer van Beek in stemming.
Na gehouden stemming blijken zich 5 leden te hebben uit
gesproken voor het voorstel van de heer Chr, van Beek
en 2 leden tegen dat voorstel. Tegen het voorstel stem
den de beide wethouders.
Besloten werd derhalve beide voorgestelde grondverkopen
te doen plaats vinden met inachtneming van de Algemene
Verkoopsvoorwaarden voor de verkoop van gronden in de
gemeente Teteringen.
(zie besluiten in dossier 2.07.351.12
Voorstel van burgemeester en wethouders tot vaststelling
van een nieuwe verordening op de heffing en invordering
van de hondenbelasting.
De heer van Pelt vindt de voorgestelde verhoging nog al
drastisch. Hij vraagt zich af, waarom het nu juist de
houders van honden moeten zijn, die het slachtoffer van
deze verhoging worden. Hij is, zo zegt hij, altijd al tegen
deze soort belasting geweest. Bovendien, zo voegt hij
hieraan toe, is mij gebleken, dat deze gemeente in ver
houding tot andere gemeenten toch al een hoog tarief han
teert.
De voorzitter antwoordt hierop, dat het college uit een
gehouden enquête is gebleken, dat het huidige tarief,
vergeleken met andere gemeenten, beslist aan de lage kant