schriftelijke stemming niet "bekend is wie zich voor of
tegen een voorstel hebben verklaard.
De heer v.d.Wijgerd vraagt zich dan af of zulks niet in
art. 9 moet worden opgenomen, waarop wethouder Oomen
antwoordt, dat zulks weer in de Gemeentewet geregeld is-.
Ten aanzien van art. 14 lid 2 zegt de heer v.d.Wijgerd,
dat hij voor de komende zittingsperiode het oude reglement
ten aanzien van dit artikel graag gehandhaafd had gezien,
nu het aantal raadsleden ook voor de volgende periode nog
niet zal uitgebreid zijn tot 11
De Voorzitter zegt, dat dit niet zo belangrijk is omdat
zulks geen beletsel is voor de werking van dit artikel.
Wethouder Oomen voegt hieraan toe, dat het oude regle-
ment dateert van 1932. De eerstkomende 4 jaren zal het
aantal Raadsleden wellicht beperkt blijven tot 7. Als dit
reglement nu even lang meegaat als het vorige dan blijven
er nog 28 jaren over. De heer v.d.Wijgerd zag toch graag,
dat het oude artikel gehandhaafd bleef, hetgeen door de
Voorzitter ten sterkste wordt ontraden. Wethouder Oomen
voegt hier nog aan toe, dat nog nooit iemand van dit
artikel gebruik gemaakt heeft, zodat er weinig reden is
om thans in het voorgestelde artikel wijzigingen aan te
brengen.
Vervolgens stelt de heer v.d.Wijgerd art. 23 lid 1 aan de
orde. Hij vraagt zich af of er nu een rondvraag wordt ge
steld of dat er van tevoren onderwerpen ter tafel moeten
worden gebracht. De Voorzitter antwoordt hierop, dat op
de agenda voortaan het agenda-punt "Rondvraag" zal voor
komen. De heer Ghr.van Beek zegt, dat hij dit uit dit
artikel niet heeft gelezen. Ik dacht, zo zegt hij, alleen
het stellen van schriftelijke vragen. Dit, zo antwoordt
de Voorzitter, behelst dit artikel zeker niet .Het stellen
van vragen kan ook mondeling geschieden. Er kunnen dus,zo
zegt de heer v.d. Wjjgerd, bij de rondvraag vragen worden
gesteld. Inderdaad zegt de Voorzitter wanneer men bepaal
de punten behandeld wil zien, kan zulks bij de rondvraag
geschieden. Later kunnen deze punten niet meer worden
aangevuld. Wethouder Oomen zegt ter aanvulling hierop,dat
derhalve eerst de onderwerpen, die in de rondvraag ter
bespreking zullen komen, moeten worden bepaald. Later kan
geen aanvulling meer plaatsvinden.De heer Ghr. van Beek
vestigt hierna de aandacht op art.11 van het reglement.
In dit artikel staat vermeld, dat de notulen van de ver
gaderingen met gesloten deuren in een afzonderlijk regis
ter worden ingeschreven, waarna zij worden behandeld in de
eerstvolgende besloten vergadering. In de practijk wordt
slechts zelden een besloten vergadering gehouden. Dit
impliceert, dat eerst lang na een gehouden besloten ver
gadering,<fe notulen kunnen worden vastgesteld.Hierdoor
dient een te lange tijd te worden overbrugd.Wie kan dan
nog aanmerkingen op dergelijke notulen hebben. Kunnen de
notulen van een besloten vergadering niet in de eerst
volgende openbare vergadering worden vastgesteld? De
Voorzitter stelt hierop voor de notulen van een besloten
vergadering bij de Secretaris ter inzage te leggen een
•g- uur voor de eerstvolgende Raadsvergadering. Blijkt dan
niet van moeilijkheden, dan kunnen de notulen worden
vastgesteld. Zouden er wel moeilijkheden zijn dan kunnen
deze behandeld worden in een aan de openbare vergadering
aansluitende besloten vergadering0De Voorzitter vraagt
hierop of wanneer deze procedure gevolgd wordt nog wij
ziging van de geldende tekst noodzakelijk is.? De heer
Samsam. 17192 11
<-/