Naast de f.250.000.moeten er nog f.182.000.op ta
fel komen om onze andere financiële verplichtingen te
kunnen nakomen. Nogmaals, zegt wethouder Oomen, wanneer
wij deze lening niet hard nodig hadden, dan zouden wij
die ook niet hebben gekregen.
De Voorzitter zegt hierna, inhakend op de hoge rentestan
daard, dat deze deels voortvloeit uit de monopoliepositie
van de N.V. Bank.
Wethouder Oomen deelt daarna mede, dat de Bank zelf het
geld heeft kunnen aantrekken uit een 7inschrijving.
Hierna vraagt het raadslid De Vries of hij in tweede
instantie over dit agendapunt het woord mag voeren,
Na verkregen toestemming deelt hij nogmaals mede, dat
hij de termijn van vier dagen, waarbinnen op de aanbie
ding een beslissing moet worden genomen, onbehoorlijk
vindt. Bovendien vindt de lening niet plaats a pari maar
met disagio. Hij vindt daarom dat de N.V. Bank voor Ne-
derlandsche Gemeenten van haar monopoliepositie een on
behoorlijk gebruik maakt. Hij merkt verder nog op, dat
de voorwaarden van de Bank pittig maar aanvaardbaar zijn
Het feit echter, dat de gemeente 25 jaar is verbonden,
vindt hij erg.
Wethouder Oomen merkt daarna nog op, dat de lening de
eerste tien jaar niet aflosbaar is. De N.V. Bank kan
uit de lio emissie de eerste tien jaar ook niet aflossen.
Het raadslid de Vries zegt hierna, dat deze gemonopoli
seerde instelling, door het stellen van deze voorwaarden
weinig begrip heeft voor de financiële moeilijkheden
van de gemeente. Hij verzoekt daarom stemming over dit
agendapunt
Vóór stemmen de heren J.Oomen, A.van der Veeken, P.van
Pelt, A.Backx en A.Oomen en tegen stemmen de heren
G.de Vries en D.van de Wijgerd, zodat het voorstel is
aangenomen
(zie besluit in dossier: -2.07.352.71
Rondvraag.
Het raadslid Backx deelt mede, dat de weg Bergse Pad
zeer slecht of bijna onbegaanbaar is. Hij vraagt of
daarin wat verbetering kan worden gebracht.
De Voorzitter antwoordt, dat deze weg niet in het ver
hardingsplan ligt, zodat aan deze weg niets kan worden
gedaan.
Wethouder van der Veeken merkt daarna op, dat het niet
de bedoeling van de Heer Backx is om deze weg te verhar
den, maar wel om daar wat verbetering in te brengen.
Er bestaat evenwel verschil van mening over de eigendom
van deze weg. Dat is nog steeds een twistpunt. Volgens
hem is deze weg van het waterschap, zodat het waterschap
daarvoor heeft zorg te dragen. Er bestaat evenwel geen
bezwaar tegen om iets aan deze weg te doen, als bewezen
is, dat hij van de gemeente is.
Het raadslid Backx merkt daarna nog op, dat de gemeente
moet weten, dat aan deze weg iets moet worden gedaan.
Wethouder van der Veeken deelt hierna mede, dat met het
polderbestuur overleg daarover wordt gepleegd.