10
De gevoerde correspondentie over deze aangelegenheid
tussen de gemeente en de familie van Dommelen heeft niet
"bij de raadsstukken ter inzage gelegen. Hij vindt der
halve dat de raad over dit punt ontstellend slecht is
ingelicht. Tijdens het inzien van de raadsstukken heeft
hij toevallig nog wat van deze correspondentie kunnen
"bekijken. Verder deelt hij mede, dat hij van de hele
zaak niets "begrijpt. Over de prijs, waar het tussen par
tijen over gaat, is overeenstemming, terwijl over het
verhaal dat het college aanvoert om met de riolerings
werkzaamheden daar verder te kunnen gaan, overeenstem
ming kan worden "bereikt. Hog deze week kan volgens me
dedeling van de familie van Dommelen op grond van de
overeengekomen koopsom volledige overeenstemming worden
bereikt. De heer de Vries geeft daarom aan het college
de overweging om het voorstel terug te nemen. Mocht on
verhoopt, aldus de heer de Vries, deze week geen volle
dige overeenstemming zijn bereikt, dan kan dit punt in
de volgende vergadering wederom aan de orde worden ge
steld.
De Voorzitter antwoordt hierop, dat door de familie van
ommelen over deze kwestie een onaangenaam kat en muis
spelletje is gespeeld. Steeds als er bijna overeenstem
ming was bereikt werd de zaak weer afgekapt, zodat het
een prestige kwestie is geworden.
Wethouder Oomen deelt daarna mede, dat wij deze aange-
legenheid op de eerste plaats niet moeten dramatiseren.
Wanneer tot onteigening wordt besloten wil dit niet
zeggen, dat zij minder schadevergoeding krijgen dan is
geboden. De rechter doet dan de uitspraak, zodat een
reële vergoeding zal zijn gewaarborgd. Deze zaak kan
n.l. van beide kanten foutief worden bekeken. Na een on
derhoud door de familie in kwestie met enkele raadsleden,
schijnen zij toch wel eieren voor hun geld gekozen te
hebben. Het ware beter geweest, dat zij daar eerder mee
waren gekomen. Y/ethouder Oomen vindt het verder jammer,
dat de gewisselde correspondentie hierover niet bij de
raadsstukken ter inzage heeft gelegen. Daaruit zou n.l.
zijn gebleken, dat de gemeente moest zorgen voor een
gelijksoortige woning op het aangrenzende perceel.Boven
dien zijn wij reeds vanaf 1965 bezig om dit perceel aan
gekocht te krijgen, waardoor wij thans t.o.v. de familie
van Dommelen min of meer in een dwangpositie zijn komen
te verkeren. Vandaar dat wij in goed vertrouwen aan de
raad voorstellen om ons hiermede verder te helpen. Nog
maals zegt hij, dat onteigening niet wil zeggen, dat de
schadevergoeding minder zal zijn. Achteraf is echter
wel gebleken, dat het overeengekomen bedrag aan de hoge
kant is.
De Voorzitter deelt daarna mede, dat tussen advocaat Mr
Bary en van de heer van Haperen, taxateur van de gemeente
half oktober 1966 reeds overeenstemming was. Voor de rest
sluit hij zich aan bij datgene wat wethouder Oomen hier
over heeft gezegd.
Het raadslid A.L. Oomen deelt daarna mede, nu de zaak zo
is gelopen, om het voorstel voorlopig terug te nemen.
De heer de Vries,merkt hierna tot zijn voldoening op dat
het college het met hem eens is inzake de onvolledigheid
van de stukken. Hij deelt verder nog mede, dat men bij
een procedure altijd zijn kansen moet afwegen.
S°m?om 17192 li
