Tenslotte hebben wij in het verleden steeds een objectieve
voorlichting van de pers gemist.
In het verleden stond"De Stem" altijd aan de zijde van
Broda.
Wij behoeven het de mensen niet te verwijten, die nu aan
de redactie zitten,naar het is wel zo, dat ik het aan de
lijve heb meegemaakt, dat men weigerde van mij een stukje
op te nemen,omdat het niet strookte met de gedachte van
Breda.
De pers moet objectief zijn en men moet kleine gemeenten de
kans geven om ook hun commentaar te geven.
Zolang ik wethouder ben, is er nog nooit een persman bij mij
geweest om mij over een of ander onderwerp commentaar te
vragen, uitgezonderd vorige week woensdag, en toen hadden
we zwijgplicht. Dat vind ik erg jammer.
Ik heb nu geen zwijgplicht moer, dus als men commentaar wil
hebben, dan kan men nu bij mij in de toekomst weer terecht.
Het is misschien een heel slechte gedachte van mij, maar voor
kort stond er bovcn"De Stem""Voor God, Koningin en Vader
land"
We hebben een nieuw hoofd gekregen en daar is dit weggebleven
Misschien verkleurt "De Stem" wat, ik durf het niet te zeggen
maar ik hoop dat "De Stem" in ieder geval dusdanige commen
taren zal gaan geven in de toekomst dat we niet het idee
krijgen dat men vergeten heeft om in plaats van "Voor God
Koningin en Vaderland" te zettens "Voor Breda".
Concluderende zou ik dit nog willen zeggen;
Vanneer na een objectieve studio, begeleid door bestuurders
van diverse gemeenten, tot de conclusie zou worden gekomen
dat het dorp Tc-teringen geen reden van bestaan heeft, dan
zal ik me daar met veel zelfdicipline bij neer kunnen leggen,
bij neer moeten leggen, omdat het verstand nu eenmaal boven
het gevoel moet gaan, maar wanneer tot opheffing van de ge
meente op deze wijze zal worden besloten met argumenten, die
helemaal geen argumenten zijn, terwijl wij daar tegenover
voldoende reële tegenvoorstellen hebben, dan is er maar een
antwoord en dat is. vechten tot het laatste.
Ik dank U wel,Mijnheer de voorzitter.
Hierna geeft de voorzitter het woord aan het raadslid de
Heer A. Oomen.
Deze spreekt als volgt;
Mijnheer de Voorzitter, naar aanleiding van het voorstel van
Gedeputeerde Staten, betrekking hebbende op de herindeling
van het gebied ten noorden van Breda en ook betrekking heb
bende op onze gemeente en mede naar aanleiding van het
commentaar hierop van burgemeester en wethouders, graag
enkele opmerkingen.
- 18 -