De Heer BÜnger? Graag Mijnheer de Voorzitter. Uit de
toelichting van de provincie is mij de hele zaak niet
duidelijk geworden, omdat, als ik het goed begrepen heb,
het gaat om bouwplaatsen voor woningen.
Als hit argument is, om de open plekken, waar gebouwd moet
worden bij Breda te voegen, dan zie ik de logica daar niet
van in, want bouwplaatsen zijn er in de bestaande toestand
en die blijven er ook als de gemeenten waar het nu om gaat,
zelfstandig blijven. Dit lijkt mij dus een twijfelachtig
argument. Dit was maar even een opmerking, maar nu mijn
vraag - ik heb dus van de gelegenheid misbruik gemaakt,
neen mij .niet kwalijk-
Is het college van Bugemeester en Wethouders van plan,
een gezamenlijke actie te voeren net de andere bij deze
annexatie betrokken gemeenten, net uitzondering uiteraard
van Breda5 omdat anders mogelijk straks, als het individu
eel vanuit de verschillende, mogelijk te annexeren gemeen
ten wordt benaderd de kans aanwezig is, dat argumenten
die de een gebruikt, door de ander mogelijk teniet zouden
worden gedaan, m.a.w. dan zitten we samen van dat rijpe
appeltje te eten waarvan we liever een ander laten smullen.
Voorzitters Mijnheer BÜnger, ik ben in eerste instantie
dankbaar voor Uw opmerking. Wat Uw vraag betreft? ik geloof
dat ik als antwoord mag verwijzen naar het commentaar
van Burgemeester en Wethouders van Teteringen inzake de
nota betreffende de grenswijziging Breda-Noord,waarin staat
dat wij ons voorstellen in samenwerking met de besturen van
Nieuw-Ginneken, Prinsenbeek en Terheyden, al is Nieuw-
Ginneken dan niet bij de annexatie betrokken, tot een contra
argumentatie te komen.
Er is voor ons alle reden om ook Nieuw-Ginneken, als men
daartoe bereid is, aan de volgende gesprekken deel te doen
nemen. We zullen dus nauw contact houden met de Burgemeesters
en de Wethouders van de gemeenten die door het annexatie-
spook bedreigd worden.
De Heer BÜnger; Ik had mijn vraag niet behoeven te stellen,
Mijnheer de Voorzitter, als ik niet toevallig een exemplaar
had gehad, dat kennelijk door de gemeente Breda is uitge
geven want dit exemplaar is slechts aan een zijde bedrukt.
Wethouder Oomens
Ik zou uitdrukkelijk willen stellen dat de gemeentebesturen
van Prihsenbeek, Teteringen, Terheyden en Nieuw-Ginneken al
vanaf januari 1967 regelmatig vergaderd hebben. Regelmatig
met Breda gesproken hebben. In eerste instantie tot een
intergemeentelijk overleg en tot een intergemeentelijke
samenwerking te komen hetgeen door Breda categorisch is ge
weigerd onder het motief, dat de basis waarop dit zou moeten
gebeuren te smal was,omdat Oosterhout en Etten-leur niet
meewerkten