4
De Heer A.Bnckx tenslotte zegt, dat het hem is opgevallen,
dat de rioolbuizen in de Groenstraat een doorsnede hebben
van 1.25 m.in de Zwarte Dijk een doorsnede van 0.50 m.
en bij de aansluiting op de riolering van Breda slechts
0.30 m. Hij vraagt zich af, waarom men deze vernauwing
heeft geprojecteerd en is bevreesd, dat het water niet
verwerkt zal kunnen worden,,
De Voorzitter antwoordt de Heer Backx door te zeggen, dat
een en ander het best ter beoordeling van deskundigen ge
laten kan worden.
Hierna wordt met algemene stemmen besloten overeen
komstig het vooretel van Burgemeester en Wethouders.
9Behandeling en vaststelling van de gemeente-begroting,
Na voorlezing door de Voorzitter van de nota van Aan
bieding, behorende bij de gemeente-begroting 1 968 vr:.agt
hij, of wellicht een of meer leden van de Raad algemene
beschouwingen wenst te houden. De Heer A. Oomen en G.de Vries
geven te kennen, hieraan wel behoefte te hebben, waarna de
Voorzitter het woord verleent aan de Heer A. Oomen, die
spreekt als volgts
Nu de Raad, bij de aanbieding van de begroting 1968 in
de gelegenheid is, enkele algemene beschouwingen ten beste
te geven, wil ik gr...; g van deze gelegenheid gebruik maken.
In de eerste plaats mijn dank dat de ontwerp-begroting
ons tijdig, en in zo'n antrekkelijk gewid gestoken, heeft
bereikt. Blauw en wit is de kleur van de kinderlijke on
schuld en van ongeschonden maagdelijkheid. En dat alles
in 1968!
Dank ook voor de uiteenzettingen door Burgemeester,
Wethouders en Ambtenaren in de commissievergadering, die
ons op prettige en duidelijke wijze een beter inzicht heb
ben verschaft in dit omvangrijk stuk.
Dank vooral ook ..an de samenstellers die hieraan wel zeer
veel tijd en energie moeten hebben besteed, om tot dit resul
taat te komen.
Uw aanbiedingsbrief M.d.V. is voor wat de financiële
kant betreft een optimistisch stuk. Gezien de vergelijking
met vorig jaar is daar ook reden voor.
Toch zie ik, M.d.V,, de niet onbelangrijke post op
"onvoorzien" meer als een momentopname. De ervaring van
één jaar heeft mij n.l. geleerd, dat reeds verscheidene
aderlatingen op deze post moeten worden toegepast reeds
voordat de goedkeuring een feit is, terwijl een blik op de
toekomst mij doet vermoeden, dat het daarbij niet zal kun
nen blijven.
Een lichtpunt kunnen misschien zijn de sociale voor-
zieningen(HoofdstIX) de post die van jaar tot jaar een
aanmerkelijke verzwaring ondergaat.
5
