Voorstel van Burgemeester en 'iethouders inzake een_ verzoek van de R.K.Middenstandsvereniging "Pius X" tot het instel len van een koopavond De Heer G. de Vries vraagtof het college er nu enig idee van heeft, hoe de niet-neringdrijvende inwoners hier nu over deuken. Bestaat er bij hen behoefte aan een koop avond De Voorzitter antwoordt hierop, dat hij het antwoord op deze vraag schuldig moet blijven. Hij is de mening toegedaan, dat de middenstand niet veel voelt voor de koopavond. De Heer G. de Vries merkt hierna op, dat de enquête hem zo weinig zegt, omtrent de wenselijkheid van een koopavond al dan niet. Wethouder Opmen?Wanneer wij een verzoek ontvangen van een dergelijke inhoud, dan zijn wij verplicht, de Kamer van Koop handel en Fabrieken om advies te vragen. De veertien midden standers nu, die niet eens hebben gereageerd, hebben natuur lijk geen belangstelling voor de koopavond. Én men kan toch niet terwille van acht voorstanders de anderen een koopavond opleggen" De Heer Gr. de Vries zegt van mening te zijn, dat men een ad vies s~erieus moet betrekken in de standpuntbepaling maar er kan geen sprake zijn van een conditio sine qua non in dien zin, dat het ook zonder meer moet worden overgenomen. Ik begrijp, zo zegt hij, dat verschillende neringdoenden graag een koopavond zouden hebben, andere weer niet. Maar het ge meentebestuur dient rekening te houden met de neringdoenden niet alleen, maar ook met de burgerij. Men kan nu wel stellens er bestaat geen behoefte, maar deze argumentatie acht ik zwak. De Heer A. Backx vraagt, of het niet mogelijk is een proef tijd in te stellen. Wethouder Oomen antwoordt hierop, dat de winkelsluitingswet zulks niet toelaat. De- Heer D. van de Wijgerd zegt, dat het instellen van een koopavond toch niet implicee-rt, dat alle winkels dan ook maar op die avond geopend moeten blijven. Wcthouder 0omen antwoordt hierop, dat dit formeel wel juist is, doch dat, gezien in het licht van de concurrentiepositie, alle middenstanders wel verplicht zullen zijn, hun zaken ge opend te houden, wanneer ook de acht voorstanders dat doen. De Hoer G. de Vries vraagt zich tenslotte af, waar we ons nu zo druk over maken. De Middenstandsvereniging doet het, gezien de totale afwezigheid op de publieke tribune, evenmin. De Heer D. van de Wijgeidhad liever gezien, dat er onder alle middenstanders een enquête was gehouden en niet alleen onder de leden van de Middenstandsvereniging Pius X. Wethouder Oomen antwoordt hierop, d_t de enquête zich uiter aard heeft uitgestrekt onder alle middenstanders. Hierna wordt met algemene stemmen besloten overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1968 | | pagina 69