Men heeft soulaas gezocht in de wijkgedachte, maar deze
leeft hier in Nederland totaal niet. Herhaaldelijk is
reeds gepoogd, de bevolking van een voormalig dorp via
een wijkraad inspraak te geven, over het wel en wee van
haar wijk. Het is een volkomen mislukking gebleken.
Een geannexeerd dorp wordt als het ware een vergeten uit
hoek van de stad.
Wat een gemeente als 'Teteringen nu eenmaal onderscheidt
va n Breda, is haar verschil in kwaliteit. Een verschil
in heel veel opzichten, en wel zodanig, dat men kan spreken
van een zelfstandigheid met een eigen gezicht.
Mijne Heren, leden van de raad. Ik heb als persoonlijke
reactie enkele beschouwingen ten beste gegeven, over de
nota der provincie en de dreiging die daarin vervat is.
Ik verwacht, dat uit Uw midden zeer krachtige verdere
reacties zullen volgen. Wij zullen onze strijd voor het
behoud van onze gemeente met opgeheven hoofd moeten voeren.
Waardig maar bovenal op deskundige wijze.
Wij zullen dit moeten doen onder het mottos"Dat het om iets
van gewicht te ondernemen, niet noodzakelijk is om hoop te
hebben, en om te volharden, het niet nodig is, om (altijd)
succes te hebben.
Tenslotte nog deze opmerking0, mijns inziens doen wij er
ook goed aan, op dit ogenblik ons kruit droog te houden,
voor een meer heslissend stadium.
En mag ik dan nu het woord verlenen aan Wethouder
van der Veeken.
Deze spreekt als volgt
Gaarne zou ik betreffende de nota van toelichting op het
grenswijzigingsplan van Breda-Noord, die het gemeentebe
stuur vorige week woensdag ten gehore heeft gekregen bij
Gedeputeerde Staten en die zojuist letterlijk werd voorge
lezen, nog mijn persoonlijke mening onder Uw aandacht willen
brengen.
Op de eerste plaats bevreemdt het mij dat deze nota zo
plotseling is gekomen, daar de gemeentebesturen van de rand
gemeenten Nieuw-Ginneken, Prinsenbeek, Terheijden en Teteringen
samen met Breda aan tafel zijn gaan zitten om in onderling
overleg, geassisteerd door hun deskundigen,te komen tot het
vormen van een structuurplan.
Deze intergemeentelijke samenwerking is moeilijk op gang
gekomen, omdat Breda bleef volhouden, dat Oo.sterhout en
Etten-Leur hierbij betrokken zouden moeten worden, ofschoon
van de zijde van deze twee gemeenten geen toenadering te
verwachten was, zodat Breda uiteindelijk met de 4 rand
gemeenten tot overleg bereid was.