De voorzitter antwoordt hierop, dat dit een zuivere tech nische aangelegenheid is. Hij heeft de indruk, dat de hoe veelheid rioolwater van tijd tot tijd door deskundigen wordt gemeten, dat hebt U uit de stukken ook kunnen zien, omdat zij daar uitgegaan zijn van een inwonertal van 6 a 2700 en van tabellen en dat momenteel het bevolkingsaantal van Tc- teringcn met enkele honderden inwoners is toegenomen. Vandaar dat er thans een grotore waterafvoer is hetgeen men in de toekomst regelmatig zal blijven bijhouden. Hoe meer water dat er door Tetcringen woi~dt afgeleverd des te meer zal er ook moeten worden betaald. Over do hoeveelheid zelf kan ik thans geen antwoord geven, aldus de voorzitter. Wethouder Oomen deelt hierop mede, dat hoewel hij helemaal niet technisch is, wel voorop wil stellen dat het Ing. Bureau van Kleef N.V.waarin wij een grenzeloos vertrouwen hebben en dat vertrouwen blijven wij houden zolang dit niet wordt beschaamd, heeft dc hele zaak nagerekend. Wethouder Oomen zegt daarna, ik weet niet hoeveel water er naar Breda wordt afgevoerd. Hij neemt echter aan dat van Kleef dit waarschijn lijk wel weet. Van Kleef heeft het hele rapport bekeken en die zegtdit kontrakt is goed. Hij praat daar over equiva lenten op gebied van water dat mij allemaal niets zegt. B.o.b. cijfers heb ik geweten, zo zegt hij, maar dat ben ik weer vergeten. Nogmaals zegt hijdit is helemaal bekeken cn hij is er van overtuigd, dat hot zeker goed is. Het enige wat ik wel weet, zegt wethouder Oomen, is, dat ook als ge heel "Gouwen II" gereed is de kapaciteit van het riool nog voldoende is om al het rioolwater van Tetcringen op te van gen. Behoudens, zo zegt hij, welke restriktie ik ook heb ge maakt bij andere gelegenheden als over riolering werd ge praat, or noodweer komt. Bij noodweer heeft de riolering in Zwitserland en Roemenie het de laatste keer ook niet ge houden. Hij zegt, ik wil daarmede aangegevn dat voor derge lijke excessen geen riolering is te bouwen. Bij normaal ge bruik hebben wij de zekerheid dat de riolering het aan kan cn dat ook de riolering van Breda het kan verwerken. Dat heeft het Ing. Bureau van Kleef berekend en bekeken en die adviseert ons het kontrakt te tekenen omdat het goed is. Tot slot zegt hij, wij kunnen ons niet technisch verdedigen, maar als U het wel technisch kunt aanvallen probeer dit, dan zullen wij dit overbrengen aan het Ing. Bureau van Kleef. De heer Backx zegt, dat hij nog even wilde opmerken, dat er ook een bepaling in hot kontrakt staat, dat bij storing in Breda de afvoer van het rioolwater van Tetcringen afgeslo ten zal kunnen worden. Wat gebeurt er als dit wordt gedaan. Wethouder Oomen antwoordt hierop dat dan de overstortputten gaan werken. In elk gedeelte van de riolering zit n.l. een overstortputDus zodra er storing komt in Breda, dan gaan de ovorstorten werken en gaat het rioolwater het land in. Breda neemt natuurlijk deze restriktie altijd op, want stelt U zich eens voor, dat wij dc gemeente Breda daarvoor aanspra kelijk zouden kunnen stellen terwijl bij hen de storing zitBreda zou dan terecht kunnen zeggen, dat risico nemen wij niet wij sluiten jullie maar niet aan. Hierna wordt met algemene stemmen besloten overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1970 | | pagina 44