Hierna stelt de Voorzitter aan de orde de verkiezing van een wethouder ter voorziening in de vakature - OomenNa de stem ming konstateert het stembureau dat 11 stemmen zijn uitge bracht, waarvan de heer A» van der Veeken 9 stemmen op zitch blijkt te hebben verenigd en 2 stemmen hlanko zijn uitge bracht» De heer A.v.d.Veeken is hiermede ,.,ek< zen tot wethouder» Op de vraag van de Voorzitter of' de heer a. van aer Veeken zijn benoeming tot wethouder wenst te aanvaarden, antwoordt deze bevestigend» De Voorzitter nodigt hierna de nieuw gekozen wethouders uit om aan zijn zijde plaats te nemen» Mijne Heren wethouders, heren leden van de Raad, zo spreekt hierna de Voorzitter, het zij mij vergund om U bij het aan vaarden van Uw betrekking als lid van de Raad hiermede op recht geluk te wensen. Het is oen belangrijk moment voor onze gemeente, nu Uw Raad na ongeveer 30 jaar weer 11 leden telt, dank zij hot feit dat het bevolkingscijfer weer boven de 3000 zielen is gestegen. Het is een bewijs van de grote groei en bloei van Teteringen, speciaal in de laatste jaren, dat we eindelijk weer aan de oude raadssterkte toe zijn. Ik hoop en vertrouw er stellig op, dat U zich in de komende jaren naar Uw beste vermogen voor de Teteringse publieke zaak zult in zetten, dat U zich tegenover hetgeen van de zijde van burge meester en wethouders wordt voorgesteld of bepleit enerzijds loyaal zult opstellen doch anderzijds niet de kritiek zult sparen daar waar het voor een goede beoordeling nodig is. Ontplooi ook zo mogelijk eigen initiatief. Ik wens U voor do komende jaren de kracht en de wijsheid toe, dat U er in moge slagen als hoogste bestuursorgaan van de gemeente om Uw taak, die U vrijwillig op Uw schouders hebt genomen, op uitnemende wijze te vervullen, in de grootst mogelijke openheid naar buiten, in de grootst mogelijke harmonie tegenover het col lege van burgemeester en wethouders naar binnen» Heren wet houders, U beiden feliciteer ik met Uw herbenoeming. Moge er ook in de komende tijd eensgezindheid in ons College heersen, zodat wij de nodige leiding zullen kunnen geven daar waar de dagelijkse gang van de gemeente het vereist. Wethouder J. Oomen zegt ook namens zijn collega zijn dank te willen uitspreken voor het in hen beiden gestelde vertrouwen» Ik ben er, zo zegt hij, persoonlijk blij mee, dat er op dit moment geen wijziging in het College van burgemeester cn wethouders is gekomen, op de eerste plaats, omdat wij als wethouders reeds 8 jaar aan elkaar gewend zijn en elkaar goec" aanvullen» De bezadigdheid van de ene zijde en de soms wat te grote vurigheid van de andere remmen elkaar wel eens wat af» Op de tweede plaats vind ik het belangrijk, dat het College een afspiegeling is van de totale Raad. U zou hieruit mis schien kunnen konkluderen, dat ik bevreesd ben voor opposi tie. Ik meen in het verleden bewezen te hebben, dat die angst bij mij nooit groot was. Ik geloof echter dat er veel vrucht baarder kan worden gewerkt vanuit een eensgezindheid, dan wanneer er echte oppositie wordt gevoerd» Wanneer in het ver leden tegen een voorstel van burgemeester en wethouders wel eens "nee" werd gezegd, kon men zich afvragen of er "nee*1 werd gezegd omdat er "nee" werd gedacht of dat het werd gezegd om alleen maar eens "nee" te zeggen. Wanneer U echter "nee"' zult zeggen, zal het College er een veel grotere waarde aan moeten hechten, dan vroeger wel eens werd gedaan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1970 | | pagina 62