GEMEENTE
TETERINGEN
Raadsvergadering dodo 2 februari 1971'
Agenda nr.14
Voorstel tot het vaststellen voor 1971 van het bedrag per leer
ling (artikel 101lid 5? Lager-onderwijswet 1920) en van het
voorschot als bedoeld in artikel 103, lid 5, van de Lager-onder
wi j swet 1920.
Teteringen, 27 januari 1971-
Aan de gemeenteraad,
Ingevolge het bepaalde bij artikel 101, 5e lid, der Lager-onder-
1
wijswet 1920 bepaalt de gemeenteraad vóór 1 maart van elk jaar
het bedrag, dat per leerling voor de bijzondere scholen voor ge
woon lager onderwijs in dat jaar als vergoeding beschikbaar
wordt gesteld ter bestrijding van de kosten dier scholen, met
uitzondering van de jaarwedden en wedden der onderwijzers» Bij
Uw besluit van 5 februari 1970 werd dit bedrag voor 1970 vastge
steld op 135,-- per leerling»
Bij brief van 20 januari j.l. heeft het schoolbestuur onder
overlegging van zijn begroting en een ter zake ingewonnen ad
vies van de Inspektcur van het Lager Onderwijs in de inspektie
Breda ons verzocht te bevorderendat het bedrag per leerling
voor 1971 wordt vastgesteld op 162,83 inklusief de kosten,
verbonden aan het gymnastiekonderwijs. Het verzoek van het
schoolbestuur hebben vrij voor U mede ter inzage gelegd»
Na ampele overweging zijn wij tot de bevinding gekomen, dat in
het algemeen van een reële begrotingsopzet kan worden gesproken.
Wij zijn met het schoolbestuur van mening, dat het basisonder
wijs over voldoende financiële mogelijkheden moet beschikken om
in de geweldige stroomversnelling, waarin het onderwijs in zijn
geheel zich momenteel bevindt, een hoog peil niet alleen te kun
nen handhaven, maar zelfs verder op te voeren. De begroting van
het Schoolbestuur behoeft slechts een geringe korrektie. Bij de
raming van het gemiddeld aantal leerlingen over 1971 gaat het
bestuur uit van 515, terwijl, hetgeen U bij de begrotingsbehan
deling zal blijken, in de door ons ontworpen begroting van de
- 2 -
