- 11
Nog oen volkomen onbegrijpelijkheid in de redenering vin Gede
puteerde Staten moet worden geconstateerd, wanneer men vermeldt:
"Aangezien de Vraggelso Heide en het boscomplex Oosterheidethans
behorende tot het grondgebied van de gemeente Toteringen en. Oos
terhout, één physisch geheel vormend, het uit bestuurlijk oog
punt gewenst is deze gebieden aan Oosterhout toe te voegen."
Hier ontbreekt toch elke logica. Eerder zou ik zeggen dienen
deze gebieden dan juist in zijn geheel naar de gemeente Tote-
ringen over te gaan. In het verleden hebben wij altijd bewezen
als goede conservator van ons bosgebied tc kunnen optreden.
Onze randgemeente heeft van nature een conserverende taak, dus
kan deze opdracht boter aan ons worden toevertrouwd dan aan cle
stad Oosterhoutdie in werkelijkheid oen expanderende taak
heeft. Ongetwijfeld zal de stad Oosterhout meer moeite hebben
on dit se waardevolle gebied niet aan te tasten dan wij.
kanneer hier dus voor annexatie wordt gepleit zou dit zonder
meer ten gunste van Teteringen moeten zijn. Als prettige bij
komstigheid zou Teteringen dan ook weer wat in omvang toenemen
en zouden Gedeputeerde Staten zich over enze toch al in hun ogen
geringe oppervlakte minder zorgen behoeven tc maken,
kanneer dan in het vervolg van het geproduceerde stuk van Gede
puteerde Staten wordt gesuggereerd dat deze ingreep thans nood
zakelijk is omdat het niet mogelijk bleek eer intergemeentelijk
struktuurplan voor de regio Eroda tot stancl te brengen als gevolg
van het ontbreken van do gewenste samenwerking in de regio, dan
moot men toch een beroep doen op alle zelfdiscipline waarover
men beschikt.
De gemeentebesturen van cle randgemeenten hebben steeds alles
in het werk gesteld om tot een dergelijk struktuurplan te komen,
doch dit is stelselmatig van cle zijde van Breda tegengewerkt,
omdat men meende dat annexatie eerder mogelijk was indien dit
strukt uurplan nimmer van de grond zou komen. Ik kan -leze bewe
ring bewijzen aan cle hand van notulen cn correspondentie vanaf
1965, het moment waarop ook wethouders in dit overleg werden
betrokken (voor clie tijd was het een onderonsje van burgemees
ters) en desgewenst ben ik bereid aan iedere serieuze belang,
stellende deze gegevens ter inzage te verstrekken.
Overigens zou het toch in strijd, zijn met iec'.er normaal rechts
gevoel indien cle onwil van Breda zou worden beloond met de op
heffing van close c'rie gemeenten. Daarnaast zou het voor do toe
komst ook nog een voorbeeld ter navolging kunnen zijn voor an
dere centrumgemeenten die ook weer weleons uitbreiding van hun
gr one! g eb i o c! w en son.
'Jnnneer we nu nog verder lezen komen we eigenlijk aan dc enige
reden waarcra Teteringen zou moeten worden geannexeerdi
Bij brief van 5-5-1966 opperde cle toenmalige Staatssecretaris
van Binnenlandse faken cle idee om de gemeente Tet eringen ook
maar bij 3rch tc voegen. Gedeputeerde Staten antwoordden dat
zij in principe hiertegenover riet afwijzend stonden, doch een
punt van overweging vormde nog wel het feit dat eerst 5 jaar
geledon nog cle grens tussen beide gemeenten opnieuw werd.
bepaald. Desniettemin verklaarde dit College zich bereid de mo
gelijkheden tot motivering van een volledige annexatie van Tete-
ringen te onderzoeken. K.a.w. we zullen (.ens zien of wij enige
quas i-mot i ef j es kunnen vindon waardoor aan de wens van cle Staats
secretaris kan worden voldaan. Teteringen, daar komt het .us op
neer, moest alleen op het eenmalige en ongemotiveerde verzoek
van Ken eer t/est erhout die allang geen Staatssecretaris meer is,
voor de bijl.
- 12 -