Tot aan dit laatste stadium werd nauwgezet de hand gehouden
aan do termijnen, in de gemeentewet vastgesteld» En terecht, te
meer wanneer men acht slaat op het Koninklijk Besluit van 15
oktober 1969, nr. 29 en de Nota Bestuurlijke Organisatie van de
Minister van Binnenlandse Zaken d.d. 26 november 1969gericht,
aan de beide Kamers der Stat en-Generaal
Toen in het begin van september 1970 geen ontwerp-regeling was
ontvangen, mocht verondersteld worden, dat het gehele plan
opnieuw in studie was genomen, mede gezien het feit, dat het
lid van Gedeputeerde Staten, de heer J.D. van der Harten, in
een bespreking op lk augustus 1970 ter provinciale griffie
met de dagelijkse besturen van de gemeenten Prinsenbeek, Ter
hei jden en Tcteringen verklaarde: "Persoonlijk kan ik mij in
denken, dat - indien de problematiek zich op dit moment eerst
zou voordoen oen andere oplossing gezocht zou kunnen woi den
dan het bestaande herindelingsplan"
Op 7 februari j1werd echter de ontwerp-regelingzoals
reeds gezegd, toch ontvangen» Gedeputeerde Staten hanteren
derhalve een interpretatie van artikel l602e lid, der Ge
meentewet, die niet in overeenstemming is met de opvattingen,
zoals die blijken uit het Koninklijk Besluit van 15 oktober
1969, nr. 29 en uit de Nota Bestuurlijke Organisatie van de
Minister van Binnenlandse Zaken aan de beide Kamers der Staten-
Generaal» Een bepaalde wijze van interpreteren betekent echter
niet, dat men, i»c. Gedeputeerde Staten, het recht in eigen
hand neemt, m.a.w. dat men "eigen-richting" pleegt» Een derge
lijk verwijt kan Gedeputeerde Staten niet trclfen, ofschoon
een verwijt van deze strekking wel door de Commissaris der Ko
ningin aan het adres van do Voorzitter van Uw Paad is gericht
V/ij zijn en blijven van mening, dat door het overschrijden van
de termijn ex artikel l60, 2e lid, der gemeentewet niet ge
sproken kan worden van de ontvangst van een regeling als be
doeld in de artikelen l6l en 162 der gemeentewet» Aangezien
thans nog niet onomstotelijk vaststaat, welke gevolgen aan het
overschrijden van bedoelde termijn dienen te worden verbonden,
stellen wij U voor aan Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
Uw gevoelen inzake de ontwerp-regeling te doen kennen onder
voorbehoud van alle rechten, die zouden kunnen voortvloeien
uit de naar onze mening onjuiste toepassing van de betrekke
lijke artikelen der gemeentewet» 4