van de bevolking zult werkzaam zijn nog véle jaren. Ik dank U wel. Burgemeester W. Merkx spreekt hierna als volgt. Meneer de loco burgemeester, beste kollega, leden van de Raad van de gemeente Teteringen, ik ben vandaag erg graag naar Teteringen toe gekomen om het feest te vieren van de installatie van de nieuwe burgemees ter, Uw nieuwe burgemeester. U zult begrijpen, dames en heren, dat men, wanneer er een nieuwe burgemeester in de naaste omge ving wordt geinstalleerd, zich daarbij de vraag stelt, wat deze nieuwe burgemeester is. Hij heeft dat zelf verklaard in zijn openings toespraak, maar wij hebben de gewoonte, dat we dat toch nog even nagaan wie onze naaste buren worden. Nu wil het geval, meneer de loco-burgemeester, geachte kollega, dat de nieuwe burgemeester nogal kwistig in deze omgeving heeft verkeerd. Hij is geboren, ben ik wel geïnformeerd, in de gemeente Ginneken en Baveleigen lijk had hij geboren moeten zijn in de gemeente Teteringen, als ik het wel heb, dat is dan toevallig niet gebeurd, maar dat is zuivere toeval, moet ik U zeggen. Hij heeft gewoond op nummer F 69 in de gemeente Teteringen, weliswaar heel jong, daarna is dat om een of andere merkwaardige reden Tilburgseweg 7k geworden, hebben mijn ambtenaren mij gezegd. Op een gegeven moment is er met die Tilburgseweg iets gebeurd. In 19^2 is dat ongelukkiger wijs, dames en heren, terechtgekomen in de gemeente Breda. Degene, die mij voorgelicht heeft, heeft gezegd, dat de heer Aarts in 1964 werd afgevoerd naar Amsterdam. Wat kan je nou beroerder overkomen, zou ik willen zeggen, als afgevoerd worden naar Amster dam, maar gelukkig is het weer zo, dat hij teruggekeerd is naar deze kontreien. Meneer de loco-burgemeester, geachte kollega, ik zou,denkend aan hetgeen de pastoor zojuist gezegd heeft, hier met nadruk willen verklaren, dat, los van de grootte van de ge meente - ik kom daar direkt nog even op terug, meneer de nestor - wij geen aartsvijanden zullen worden. Daar mag geen sprake van zijn en ik wil graag vanaf deze plaats verklaren, dat dit onmo gelijk is. Een hartelijk woord van welkom aan de vrouw van de nieuwe burgemeester, die ook uit deze kontreien komt, uit een van de buurgemeenten van Teteringen is zij afkomstig, zoals U waarschijnlijk bekend is. Bovendien heeft zij in die tijd tamelijk nauwe relaties onderhouden met mensen in Breda; ik ken er êên een van mijn naaste medewerkers, moet ik zeggen, die beweert dat weliswaar op een zeer bepaalde leeftijd mevrouw Aarts op zijn schoot gezeten heeft. Ik wil graag verklaren, dat dit, voor zover ik daaraan iets kan doen, niet meer zal gebeuren. Bovendien wou ik toch wél enig ekskuus vragen voor degene die mij dat gezegd heeft, hij was in die tijd nog pas twaalf of dertien jaar en mevrouw Aarts drie. Wanneer daar straks een nadere verklaring over gevraagd wordt, wil ik die graag onder vier ogen vertellen. Geachte kollega, ik wilde ook iets zeggen namens de burgemeesters kring in de omgeving van Breda. Men heeft mij nadrukkelijk ver zocht om dat bij deze gelegenheid te doen en ik wilde dat graag doen in deze sfeer, deze kontekst, dat wij U graag als kollega hartelijk welkom toeroepen. Wij hebben de gewoonte - de raads leden en de wethouders moeten ons dat maar niet euvel duiden - om op gezette tijden ook eens met elkaar te praten. Nu weet ik weldat een burgemeester in het algemeen bijzonder weinig te zeggen heeft. Hij is hoofd van politie, en hij heeft het opper-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 17