VERSLAG
van het vragenhalfuur na de openbare
raadsvergadering op dinsdag 9 januari
1973 in het gemeenschapshuis t Web"»
De heer J. Joosen zegt zich af te vragen hoe de Raad er toe komt
om het probleem van de speelgelegenhoid in Gouwen II te stellen,
terwijl er in de oude kern nog nooit iets aan is gedaan.
Verder herinnert hij aan de belofte, dat er tijdens de riolering
een uitweg zou komen via Vissers en Akkermans.
Burgemeester drs. A. Aarts zegt dat niet van deze of andere kant
mag worden gesproken, omdat het een gemeente betreft. Verder
zegt hij dat met name de KPJ zich richt tot alle jeugd van 14
jaar en ouder. Ook aan de kant van de Hoolstraat zijn mogelijk
heden voor speelgelegenheden voor kleinere kinderen. Te denken
valt aan het Willem-Alexanderpleinaan het terrein bij Klavertje
Vier en achter de Bollaard. Overigens zegt de burgemeester graag
op de hoogte te worden gesteld van klachten. Bij het gesprek
met de neringdoenden in de Hoolstraat heeft, zo vervolgt de bur
gemeester, de heer Akkermans aangeboden te bewerkstelligen dat
van het achterom pad gebruik zou kunnen worden gemaakt.
De burgemeester zegt dat het bij hem is overgekomen, dat zulks
niet door de gemeente zou worden geregeld.
De heer J. Joosen zegt dat de gemeente beloofd heeft het te doen.
Burgemeester drs. A. Aarts zegt dat de heer Akkermans heeft aan
geboden het te regelen. Hij biedt aan de kwestie nader uit te
spreken
De heer J. van der Veeken zegt dat hij het idee heeft dat de
gemeente wel zo wijs zal zijn om de kermis in de toekomst te
verplaatsen naar het plein Scheperij. Als dat zo is zou hij wil
len pleiten voor verfraaiing van de Pieter van Ginnekenstraat.
Burgemeester drs. A. Aarts zegt dat er al een plan wordt ontwik
keld voor de verbetering van de Pieter van Ginnekenstraat en
dat de verplaatsing van de kermis een zaak is voor de Raad.
De heer A. van Meggelen zegt verheugd te zijn over de beschik
baarstelling van een krediet voor de uitbreiding van de Helder
CamaraschoolHij vraagt wanneer met deze uitbreiding wordt
aangevangen
Burgemeester drs. A. Aarts zegt dat het schoolbestuur het tijd
stip van de bouw bepaalt. Verder deelt hij mee, dat voor het
verkrijgen van financieringsmiddelen al moeite is gedaan.
Hierna sluit burgemeester drs. A. Aarts het vragenhalfuur.
BO/GG/23-I-I973.