VERSLAG van het vragenhalfuur na de raads vergadering van 12 september 1973 in het gemeenschapshuis 1t Web". De heer Paans zegt op de eerste plaats zijn kompliment te willen maken voor het voortreffelijk kaartmateriaal, dat in de zaal is opgehangen. Hij zegt voorts een aantal wat vaktechnische vragen te hebben, met name over de bestemmingsvoorschriften. Op de eerste plaats vraagt hij in hoeverre een van de doestellingen van het plan, nlo om alleen noodzakelijke agrarische bebouwing toe te staan en niet-agrarische bebouwing tegen te gaan, wordt gedekt door de voor schriften van het bestemmingsplan. Hij vraagt zich in het bij zonder af hoe objectieve kriteria eventueel kunnen aangeven in de voorschriften, wat de mogelijkheden zijn voor de agrariërs om wel te bouwen. Hij meent, dat het erg goed zou zijn om in dergelijke voorschriften aan te geven, vfanneer agrarische bebouwing wel mag worden opgericht, zodat eenieder kan weten, wanneer er wel gebouwd gaat worden. Hij zegt het in dat ojDzicht tevens verhelderend te vinden, als in het kort zou worden toegelicht wat de procedure zou zijn bij de aanvraag van een bouwvergunning voor zowel agrarische bedrijfsgebouwen als bedrijfswoningen. Ook wil hij graag vernemen i*7at de voorwaarden zijn voor een tweede agrarische vestiging. Hij doet de suggestie de woningbouw langs het Hoeveneind te bestemmen voor de rustende boer. Voorts spreekt hij de vrees uit, dat agra rische bebouwing in het gebied van de Vugt wel eens ernstige land schappelijke schade zou kunnen veroorzaken. Hij acht het in dit verband nodig een beeld te hebben van de agrarische bedrijfstruk- tuur. Tenslotte zegt hij het begrip dagrekreatie nogal weids en weinig gedefinieerd te vinden. De voorzitter zegt, dat in de nuanceringen van het agrarisch ge bied niet alleen is aangegeven, wat niet, maar ook wat wel mag. Voorts zegt hij, dat er waarborgen zijn, dat het om een reële agrarische vestiging gaat. Zo is het nodig, dat er een verklaring wordt verkregen van de hoofd-ingenieur-direkteur van de landin richting en een advies van de Commissie agrarische bedrijfsvesti gingen. Er moet aldus een garantie worden verkregen, dat het een agrarische vestiging betreft, die minimaal vijf jaar als zodanig zal funktioneren -2-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 12