De Raad der gemeente Teteringen;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d. :1.
11 april 197'±;
gelet op artikel 21 van de Wet op de ruimtelijke Ordening-,
besluit:
I. te verklaren, dat een herziening wordt voorbereid van een
gedeelte van het bestemmingsplan "Landelijk Gebied 1966",
zoals dit groen gearceerd is aangegeven op de bij dit be
sluit behorende gewaarmerkte kaart;
II. te bepalen, dat het verboden is binnen het onder I bedoelde
gebied voor zover dit rood op de gewaarmerkte kaart is om
lijnd, zonder of in afwijking van een schriftelijke ver
gunning van burgemeester en wethouders aanlegvergunning
de navolgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaam
heden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren, een en
ander met uitzondering van normale onderhoudswerkzaamheden:
a. ontginnen; bodem verlagen of afgraven; ophogen; egalise
ren; scheuren van grasland;
b. het aanleggen of verharden van wegen, paden of parkeer-
gelegenheden en het aanbrengen van andere oppervlakte
verhardingen;
c. 1. buiten de erven van bedrijfsgebouwen en woningen:
het opslaan deponeren, lozen of storten van al dan
niet afgedankte of aan hun oorspronkelijk gebruik ont
trokken voorwerpen, stoffen of produkten, alsmede het
aanleggen of inrichten van opslag-, stort- of berg
plaatsen, behoudens voorzover dit noodzakelijk is in
verband met de uitoefening van het bosbedrijf en een
en ander bovendien niet betreft afgedankte of aan hun
oorspronkelijk gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen
of produkten;
of voor de uitoefening van het agrarisch bedrijfin
dien en voorzover deze uitoefening reeds plaats vond
op het tijdstip van inwerkingtreding van dit besluit
en een en Einder bovendien betreft niet afgedankte
landbouwvrucht en en pro duitten;