-6-
kingen te maken.
Op 23 oktober 1973 is vervolgens de wettelijke procedure aange
vangen. Met ingang van deze datum werd het ontwerp voor eenieder
gedurende een maand ter inzage gelegd. Velen hebben in deze periode
gebruik gemaakt van de mogelijkheid om gedetailleerd van het ont
werp kennis te nemen.
Binnen de wettelijke termijn is een groot aantal bezwaarschriften
ontvangen, dat als volgt kan worden gerubriceerd:
a. bezwaarschriften van de N.V. Nederlandse Spoorwegen en van de
Rijkswaterstaat direktie Noord~Brabant
b. bezwaarschriften van agrariërs en hun belangenorganisatie;
c. bezwaarschrift enwaarin door belangstellende inwoners bemerkingen
omtrent het ontwerp worden gemaakt.
De bezwaar s cirri.ft en zijn voor U ter lezing in het raadsdossier ge
legd. Voor een goed begrip achten wij het nuttig hieronder nader
op de algemene aspekten in te gaan. Naar onderwerp kunnen deze as-
pekten als volgt worden gegroepeerd?
a. het belang van een harmonische ordening en inrichting van het
buitengebied, met name toegespitst op het onderwerp natuur,
landschap, milieu;
b. het belang van een doelmatige uitoefening en ontwikkeling van het
landbouwbedrijf
c. het belang van een adekwate ontwikkeling van de "infra-struktuurSf
zoals wegenaanleg, het railvervoer en de technische inrichting
van agrarische kultuurgronden
d. het belang van de rekreatie;
e. het belang van vermogenswaarde en exploitatie van onroerende
goederen, waaronder begrepen de uitoefening van niet-agrarische
bedrijven en het bouwen van woningen voor partikuliere doeleinden.
Ter nadere adstruktie willen wij hieronder ten aanzien van elk der
aspekten een samenvatting geven van de inhoud van de verschillende
bezwaarschriften, waarbij tevens een indruk wordt gegeven van de
wijze waarop -zo dit na rijp beraad mogelijk bleek- daaraan in het
(gewijzigde) ontwerp is tegemoet gekomen. Voor een volledig in X cht
verwijzen wij naar de motivatie in het ontwerp-raadsbesluit,
-7-
