-4- Dit betekent, dat de diepte ongeveer l60 meter is. De JProntbreedte is op enkele meters na momenteel bebouwd. Bij een eventuele uit breiding moet men dus in de diepte gaan werken. Maar is het nu zo economisch, om l60 meter van de weg af te bouwen? Het bebouwings- vlak heeft een vorm (lang en smal), die eigenlijk uniek is te noemen. Op de gehele plankaart ben ik deze vorm verder niet tegen gekomen. Ik zou U willen vragen, mijnheer de voorzitter, of het, wanneer de visie op het betreffende bebouwingsvlak zö wordt vastge legd, dan later nog wel mogelijk is om bijv. vrijstelling te ver lenen tot 1 ha, zoals dit in andere gevallen wel mogelijk is? Ten derde: De raad is in meerderheid voorstander van het z.g. kam peren bij de boer. Aan deze wens is tegemoet gekomen door opname van paragraaf 29, sub c, in de voorschriften. Burgemeester en wethouders zijn daarin bevoegd verklaard tot het verlenen van vrij stelling van het bepaalde bij de paragrafen 9 (agrarisch bedrijf), 13 (agrarisch gebied zonder bebouwing)en l4 (agrarisch gebied met bebouwing I). Als ik het goed heb, kunnen burgemeester en wet houders geen vrijstelling verlenen ten aanzien van paragraaf l6 (agrarisch gebied met bebouwing III). Burgemeester en wethouders kunnen zulks wel t.a.v. paragraaf 15 (agrarisch gebied met be bouwing II) en ook voor paragraaf 17 (agrarisch gebied met bij zondere landschappelijke waarde)ook al worden die paragrafen niet genoemd onder bovenvermelde vrijstellingsbevoegdheid. In de gebieden 15 en 17 zullen namelijk de bebouwingsvlakken uitsluitsel geven, want die vallen onder paragraaf 9* Ik hoop, dat het allemaal zö is. Maar het heeft wel even geduurd, voor ik daar achter was. Ten vierde: Het is bekend, dat boze buren- (B.B.'s dus) tegenwoor dig wegen blokkeren om hun eisen kracht bij te zetten. Ik dacht aan de mogelijkheid, dat die boze neigingen ook op hun vee zouden kunnen overslaan, en daarom nog een vraag. Voor een deel is de hoogte van de afrasteringen vrij gelaten. Deze was oorspronkelijk voorgesteld op 1.25 meter. Deze hoogte is echter gehandhaafd ten aanzien van het agrarisch gebied met bijzondere landschappelijke waarde. Dat kan tot merkwaardige toestanden aanleiding geven. Het vee zal zich ten oosten van de Oosterhoutseweg meer disciplinair moeten gedragen dan zijn soortgenoten ten westen van die weg. Maar ook ten westen van de Oosterhoutseweg zijn de voorschriften niet overal gelijk. -5-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 49