Op de vraag van raadslid Eackx inzake het gebruik van onbebouwde gronden, antwoordt de Voorzitter, dat het niet de bedoeling is aea incidenteel gebruik van deze grond als sport- of wedstrijd terrein onmogelijk te maken. Verder merkt de Voorzitter op, dat het met vrijstelling van burgemeester ca wethouders mogelijk blijft gronden uit to lagen c.q. I op te hogen. Voor de landschapsbescherming is het echter noodzakelijk, dat de overheid hierop invloed kan uitoefenen. I Ook de mogelijkheid tot het verwijderen van oude erfbeplanting blijft mot vergunning van de gemeentelijke overheid bestaan. De heer Speelmandaartoe door de Voorzitter uitgenodigd, antwoordt op de vraag van raadslid de Joag, dat de mogelijkheid tot wijzi- ging van een bestemmingsplan altijd aanwezig blijft. Het is echter niet waarschijnlijk, dat van gemeentewege een wijziging op de hoofdpunten zal worden voorgesteld. Voor een wijziging zal de zelfde procedure moeten worden gevolgd als bij de totstandkoming van dit plan het geval is. De Voorzitter vraagt hierna, wie in tweede instantie het woord verlangt Raadslid Oomen vraagt voor welk gebied de beperking van de hoogte van erfafscheidingen tot 1.25 meter komt te vervallen. De Voorzitter antwoordt, dat deze bepaling ia het gehele plange bied zal vervallen. Ro.ads 1 id Rackx vraagt nog naar de mogelijkheid tot het egaliseren van gronden ten behoeve van akkerbouw. De heer Spoelman, daartoe xxitgenodigd, antwoordt hierop, dat de bepalingen in het bestemmingsplan niet van toepassing zija voor het normale onderhoud van land- en akkerbouw. De beperkingen in zake het egaliseren van gronden hebben alleen betrekking op buiten gewone werkzaamhedengeen onderhoud zijnde. po Voori 11 or zegt, dat er twee amendement en sija inzake het voor liggend concept-raadsbesluit, nl. a. het vervallen van de bepaling inzake de hoogte van erfafscbei- dingea tot 1.25 meter; -8- -9-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 12