Raadsvergadering 29 oktober 1974.
Agendanrn
Voorstel tot het vaststellen van een nieuwe "Verordening tot be
strijding van heling".
Teteringen, l6 oktober 1974.
Aan de Raad,
Bij raadsbesluit van 28 mei 1974 is voor onze gemeente een "verorde
ning tot bestrijding van heling" vastgesteld. In deze verordening zijn
voorschriften opgenomen ter aanvulling van de artikelen uit het Wet
boek van Strafrecht, die op de helingbestrijding betrekking hebben.
De gemeentelijke voorschriften handelen met name over de verplichting
van de goud- en zilversmid, kashouder, horlogemaker, r i jwielhandelaa3~
uitdrager, opkoper, enz. om een register bij te houden.
De "verordening tot bestrijding van heling" is destijds vastgesteld
op aanbeveling en naar een model van het distrikt Breda van de Rijks
politie. In de toelichting bij dit model schreef de distriktskomman-
dant o.m.: "De ervaring heeft geleerd, dat de bepalingen van het
Wetboek van Strafrecht niet voldoende zijn om de helingbestrijding op
slagwaardige wijze te doen plaatsvinden. De wet heeft de gemeente de
bevoegdheid gegeven voorschriften uit te vaardigen met betrekking tot
het register. Dat register is van groot belang voor de opsporing van
ontvreemde goederen, reden waarom aanvullende gemeentelijke voor
schriften aan te bevelen zijn".
1
Alvorens tot goedkeuring van de verordening te besluiten, hebben
Gedeputeerde Staten voorgesteld in de verordening een aantal wijzi
gingen aan te brengen, waardoor hun bezwaren worden ondervangen.
Tevens is geadviseerd daarbij aan te sluiten op de model-helingsver-
ordening, die de afdeling Noord-Brabant van de Vereniging van
Nederlandse Gemeenten onlangs heeft gepubliceerd.
Dit model ontmoet bij Gedeputeerde Staten geen bedenkingen.
-2-
l) Op grond van artikel 437 van het Wetboek van Strafrecht behoeft
de verordening de goedkeuring van Gedeputeerde Staten.