Raadslid van Westhreenen-Herlaar zegt hierna het volgende:
Ik heb gehoord, dat het voor het eerst is, dat er een vrouw
in de Teteringse gemeenteraad zitting heeft. Ik vind het erg
prettig om deel van de raad uit te maken, hoewel ik het plezie
riger had gevonden wanneer mijn aanwezigheid hier om een andere
reden had plaatsgevonden. Ik hoop, dat men nu niet denkt, dat
ik me uitsluitend ga bezighouden met het verdedigen van de be
langen van de vrouw. Dat is misschien een teleurstelling voor
een aantal vrouwen en een geruststellingvoor een aantal mannen
hier in Teteringen. Ik ben echt niet van plan om me louter
feministisch op te stellen, hoewel mijn standpunten wel zullen
worden ingegeven door mijn vrouw-zijn. Ik maak deel uit van de
totale dorpsgemeenschap en als zodanig wil ik graag samen met de
anderen alle belangen behartigen. Ik geloof wel, dat het moment
van toetreding van een vrouw in deze raad niet beter had kunnen
zijn gekozen. Teteringen heeft nu een periode achter de rug van
snelle groei met veel nieuwbouw, ik zou bijna willen zeggen een
veelal technisch-zakeliJke periode. Je zou het kunnen vergelijken
met het bouwen van een huis. Het huis staat er, tot nu toe heeft
de heer des huizes zich er voornamelijk mee bemoeid. Maar dan
moet het huis worden gestoffeerd, de ruimten moeten zo doelmatig
mogelijk worden ingericht en dan is de hand van de vrouw des hui
zes onontbeerlijk. Ik denk, dat Teteringen nu ook aan dit moment
toe is. Ik vind het van groot belang, dat er veel aandacht wordt
besteed aan een goede stoffering om Teteringen niet alleen bewoon
baar, maar ook erg leefbaar te houden met behoud van het eigen
karakter van Teteringen. Die stoffering gaat me erg aan het hart.
Tenslotte zegt zij hierop in de rondvraag graag terug te komen.
De Voorzitter wenst raadslid van Westhreenen-Herlaar veel geluk.
3. Notulen van de vergadering van 24 september 19'/H.
Raadslid de Jong merkt op, dat hij geen zitting heeft gehad in de
commissie tot onderzoek van de geloofsbrief van mevrouw E.H.C. van
Westhreenen-Herlaar.
De Voorzitter antwoordt, dat voor "raadslid de Jong" moet worden
gelezen "raadslid Joosen".
Met inachtneming hiervan worden de notulen vastgesteld overeen
komstig het ter inzage gelegde ontwerp.
-2-
-3-