VERSLAG
van het vragenhalfuur na de raadsver
gadering van 29 oktober 197^- in het
gemeenschapshuis 't Web.
De heer Maes vraagt of het ophalen van kadavers tijdens het
weekend bespoedigd kan worden.
Burgemeester Aarts zegt het probleem te kennen, maar niet te
weten wat er aan te doen is. Hij zegt toe nogmaals kontakt on
te nemen met de destuctor in Son.
De heer Boyackers zegt niet lang meer op het Moleneind te
zullen wonen, nu hij binnenkort naar de Schijfstraat wordt
"getild". Hij vraagt of de gemeentelijke bezemwagen ook eens
het fietspad langs het Moleneind kan vegen. Aan het eind van dit
fietspad ligt nog steeds een diep gat. Misschien kan dan meteen
wat aan de waterafvoer worden gedaan.
Bu.rp;emeester Aarts zegt, dat de wethouder de opmerkingen heeft
genoteerd
keer Ligthart vraagt wat het beleid van de gemeente is ten
aanzien van de plaats, die de middenstand hier inneemt, hoe de
gemeente denkt over de moeilijkheden en hoe de gemeente staat
tegenover 'vestiging van grote cash-and carryzaken. Voorts zegt
hij ondervonden te hebben, dat ovérheidsinstellingen zware stem
in het kapittel kunnen krijgen bij de samenstelling van bestem
mingsplannen. Hij vraagt hoe het staat met de bezwaarschriften
van Rijkswaterstaat en de Nederlandse Spoorwegen. Zijn deze
instanties voornemens nieuwe plannen in te dienen, is de gemeente
daarmee op de hoogte en zo ja, passen ze in het gemeentelijk
beleid?
Burgemeester Aarts meent, dat er goed overleg wordt gevoerd met
de plaatselijke middenstand. Via de bestemmingsplannen is de
viering van grote cash-and carrybedrijven voldoende gewaarborgd
Voorts zegt hij, dat de bezwaarschriften van Rijkswaterstaat
en de Nederlandse Spoorwegen door de Provincie om advies toe
gezonden zijn aan de gemeente.
