-10-
In antwoord op raadslid Engelen zegt hij te weten, dat bijvoor
beeld Breda, Tilburg en Nijmegen het leerlingental beperkt
hebben. Hij zegt eerder al eens gestudeerd te hebben op een
bedrag per leerling. Hij meent echter, dat dit geen zuiver
element is om te hanteren, omdat het ene type les aanzienlijk
duurder kan zijn dan het andere. Per leerling zou moeten worden
gedacht aan een subsidie van 350,-- a 450,-- per jaar.
Er zijn echter ook gemeenten, die helemaal niet subsidiëren.
Hij zegt te weten, dat heel veel gemeenten veel pijn hebben met
subsidieregelingen, die in het verleden ontstaan zijn en waar
men liever vanaf zou willen. Daarbij wordt ook nog tegen het
Rijk aangeschopt om ook van hieruit subsidie te krijgen tot een
hoogte van minimaal 30%. Met betrekking tot de maximering van
het kursusgeld wijst de Voorzitter op artikel 4 van de regeling,
waarin wordt gesproken over het door burgemeester en wethouders
aanvaardbaar geachte kursusgeld. Het is de bedoeling de begroting
en rekening van de muziekschool mee te bekijken en daar mee toe
zicht op te houden. Hij zegt begrepen te hebben, dat raadslid
Braat een andere basis voor deze regeling voorstaat, dan die
hier ter tafel is gebracht, met name om de muziekschool via
beoordeling van de kandidaten toch maar de s&ektie te laten uit
voeren en daarmee zijn gang te laten gaan. Daar zou een door
zichtige regeling voor gemaakt kunnen worden. Hij meent echter,
dat men dan zeker niet ontkomt aan beperking van het leerlingen
tal. Het is bekend, dat de dependance door veel leerlingen wordt
bezocht, zeker in verhouding tot de omliggende gemeenten. De
overwegingen, dat het instrumentaal onderwijs als een verdergaand
onderricht wordt gezien, dat eerder bij de verzorger van het
kind thuishoort, en dat algemene subsidiëring van het instrumen
taal onderwijs financieel nogal fors uit de hand kan lopen,
hebben geleid tot de voorliggende regeling. Het College wil een
situatie als bij andere gemeenten beslist vermijden.
Voor alle duidelijkheid zegt de Voorzitter nog, dat het nooit
de bedoeling is geweest om het precieze inkomen van de ouders
op te krijgen, maar om te weten in welke inkomenskategorie de
aanvrager valt.
-11-
