-14-
15- Aanwijzing van twee leden voor het bestuur van de Stichting Gemeen
schapshuis "'t Web".
Raadslid Schreinemachers zegt in zekere zin met het voorstel te
kunnen meegaan. Hij vindt, dat de afvaardiging van wethouder Oomen
naar het stichtingsbestuur erg zwaar wordt. Hij begrijpt wel, dat
door deze afvaardiging de betrokkenheid met het stichtingsbestuur
direkter zal zijn. Toch zou hij het anderzijds prettig vinden,
wanneer in de samenstelling van het bestuur in de toekomst wat ver
anderingen kunnen worden aangebracht. Hij krijgt de indruk, dat
het bestuur van het gemeenschapshuis nogal eenzijdig georiënteerd
is aan de oostzijde van de Oosterhoutseweg. Een te grote geografische
betrokkenheid in een dergelijk belangrijk bestuur vindt hij be
zwaarlijk. Hij zou het plezierig vinden, wanneer wethouder Oomen
voorüopig zou worden afgevaardigd en dat hij bij een eventuele
wijziging van het stichtingsbestuur van 1t Web" t.z.t. zou willen
terugtreden.
Raadslid van Overveld zegt inzake de afvaardiging van twee leden
uit zijn fraktie naar het bestuur van het gemeenschapshuis "'t V/eb"
het volgende naar voren te willen brengen. Onze fraktie geeft de
voorkeur aan een iets gewijzigde voordracht. Hij stelt namens zijn
fraktie voor, mevrouw van Westhreenen-Herlaar en de heer Maes tot
adviserende leden aan te wijzen.
De heer Maes heeft zijn fraktie meegedeeld geen zitting te willen
nemen in het stichtingsbestuur van "'t V/eb", maar/vanuit de Raad
daarnaar zou willen worden afgevaardigd. Het element "jeugd" zal
daardoor duidelijk in het bestuur van het gemeenschapshuis 't V/eb
aanwezig kunnen zijn. Tenslotte is zijn fraktie van mening, dat
door de voorgestelde afvaardiging voorkomen kan worden, dat er een
stuk rolverwarring zou kunnen ontstaan van een wethouder in een on
afhankelijk stichtingsbestuur.
De Voorzitter zegt wederom een correctie te willen aanbrengen bij
het voorstel van de heer van Overveld tot wijziging van de afvaar
diging naar 't V/eb. Zoals Uw Raad in het voorstel kan lezen, dienen
twee leden uit Uw Raad naar het stichtingsbestuur te worden afge
vaardigd. Wellicht dat U enigszins verward bent door de eerste
alinea, waarin staat, dat twee raadsleden zitting hadden in het
bestuur. Deze leden zijn echter als toehorend lid begonnen, doch
na verloop van tijd heeft het stichtingsbestuur hen in het bestuur
opgenomen.
-15-