-14.
De voorziening, die getroffen is met betrekking tot de foyer in
het gemeenschapshuis "'t Web" is niet specifiek bestemd voor de
Stichting Filmhuis Teteringen. Hierom is door verschillende
verenigingen gevraagd.
Op het betoog van de heer Joosen inzake de ingebruikname van
twee bouwpercelen aan de Schijfstraatantwoordt de Voorzitter,
dat, als iemand bouwt op een perceel grond, dat hij niet in
eigendom heeft, er onrechtmatig gehandeld wordt. Hiertegen zal
worden opgetreden. Hij wijst er overigens op, dat er groot ver
schil bestaat tussen een toestemming om ergens te bouwen en
een bouwvergunning. Een bouwvergunning wordt verleend met inacht-
name van het daaromtrent bepaalde in de Woningwet en gelet op de
bouwverordening en het ter plaatse geldende bestemmingsplan.
Heeft men eenmaal een bouwvergunning verkregen, dan houdt zulks
bepaald niet in, dat men dan op grond, waarvan men geen eigenaar
is, mag bouwen.
De Voorzitter verleent in tweede termijn het woord aan raadslid
Joosen.
Raadslid Joosen vraagt of de grond nog aan een andere gegadigde
verkocht kan worden.
De Voorzitter antwoordt, dat het een beslissing van de raad is
percelen grond al dan niet te verkopen. De verkoop van deze
percelen aan de Schijfstraat is in de vergadering van september
1974- van de agenda afgevoerd, omdat nog voldaan moest worden
aan een aantal voorwaarden. Zolang men met iemand in onderhande
ling is over een mogelijke grondaankoop, dient men dezelfde
grond niet aan een derde te koop aan te bieden.
Raadslid Joosen meent, dat door dergelijke grondspeculaties een
inwoner van Teteringen gedupeerd wordt.
De Voorzitter stelt ten enenmale, dat er in dit verband geen
sprake is van grondspeculaties. Hij zegt de heer Joosen graag
toe, in een persoonlijk gesprek nadere informatie over deze
kwestie te geven.
De Voorzitter merkt hierna op, dat er slechts een eerste termijn,
gevolgd door een tweede termijn van vraagstelling is. Toch wil
hij de heer Engelen in derde termijn de gelegenheid geven het
woord te voeren.
-15-